Het is tijd om het gezin af te schaffen
Waarom zouden romantische relaties de zorg monopoliseren?
Nu we midden in een zorgcrisis zitten, lijkt het idee dat we het gezin zouden afschaffen bizar wreed. Onlangs nog kregen we te horen dat werkende mensen in armoede zullen worden gestort om de crisis in de sociale zorg te betalen (en zelfs dat zal volstrekt ontoereikend zijn). We weten dat, als we ziek of gehandicapt zijn, het onze familie zal zijn die de brokken opruimt, omdat er weinig anders op zit. We weten dat de last van de zorg steeds meer thuis wordt gelegd, met name op de schouders van de vrouwen thuis, nu de publieke zorg, die na jaren van bezuinigingen al niet meer op orde was, door de pandemie aan flarden wordt geschoten.
Maar waarom hebben queers als het Gay Liberation Front, militante zwarte moeders als die waarover Hortense Spillers heeft geschreven en feministen als Shulamith Firestone dan sinds de jaren zeventig opgeroepen tot de afschaffing van het gezin? En waarom worden deze oproepen herhaald door mensen als Sophie Lewis, Jules Gleeson, Kate Griffiths, Michelle O’Brien en Madeleine Lane-Mckinley?
Wel, er is de rol ervan in het kapitalisme. Het kerngezin is een negentiende-eeuwse uitvinding voor het efficiënt reproduceren van lichamen die geschikt zijn voor werk. In plaats van uitgebreide netwerken van verwanten en anderen, zijn gezinnen compacte eenheden waar de meeste zorg wordt uitgevoerd door een of twee overwerkte individuen. Deze individuen zijn meestal vrouw en, nu de pandemie doorzet na een decennium van bezuinigingen, ze bezwijken onder de druk. Het gezin maakt de zorg afhankelijk van de vraag of je een ondersteunende familie hebt. Het maakt van de zorg een privé-kwestie: als je geen ondersteunende familie hebt, dan is dat niemand anders zijn probleem. En het instrumentaliseert zorg, door haar in dienst te stellen van arbeidsgeschiktheid in plaats van een doel op zich te zijn. Dit minimale, efficiënte, kapitalistische gezin is de werkplaats, waar niet alleen de lichamen van arbeiders gereproduceerd worden, maar ook hun waarden: discipline, respect voor autoriteit, en de onderdrukking van afwijkende verlangens: queerheid, luiheid, buitensporigheid. Maar, zoals we weten en voelen: zorg is altijd meer dan dat. De sociale reproductie van lichamen en geesten voor werk is altijd ook de productie van mensen – levend, ademend en vreemd. Zelfs het minimaalste gezin produceert een overmaat aan menselijkheid.
Maar bovenal willen we het gezin afschaffen omdat het niet genoeg is.
Het gezin afschaffen betekent structuren van zorg, liefde en intimiteit opbouwen die aan onze behoeften voldoen. Het betekent zorg voor iedereen. Niet willekeurig verdeeld al naar gelang door wie je uiteindelijk verwekt wordt, niet gebonden aan monadische paren, maar overvloedig beschikbaar gemaakt voor iedereen.
Een van de dingen die het afschaffen van het gezin betekent, is dat je voor je zorg niet afhankelijk hoeft te zijn van relaties die ook gewelddadig kunnen zijn. De meeste verkrachtingen gebeuren thuis. De meeste kindermishandeling gebeurt binnen het gezin. En, voorspelbaar, het verplicht thuisblijven vanwege de pandemie leidde tot een piek in misbruik. Het systeem van afhankelijkheid van een of twee mensen voor je zorg schaadt vooral de queer personen die afhankelijk zijn van homofoben.
Wie je naaste familieleden zijn – liefhebbend of onverschillig, verzorgend of mishandelend – zou er niet toe moeten doen. Wat je behoeften ook zijn – als kind, als bejaarde, als gehandicapte of gewoon als iemand die verzorging nodig heeft: aan deze behoeften moet worden voldaan. Niet door een loterij van geboorten, niet door een of twee overwerkte individuen, maar door de universele sociale infrastructuren van zorg die we voor onszelf en elkaar opbouwen om vreugdevol te kunnen leven.
Het gezin afschaffen is als het kapitalisme afschaffen: het is utopisch. Het wijst naar een andere wereld en zegt: “Laten we daarheen gaan”.
Waarheen?
De uitgang van je flat is bij een kantine, gelegen in gemeenschappelijke tuinen, waar we samen eten, met onze voeten in slippers op verwarmde vloeren. Je woont op een paar minuten afstand van veel van je beste vrienden. Sommige van je vrienden ken je al sinds je samen op de crèche zat, spelend in het bos en op straat, met je leraren, van wie je sommige ook nog kent.
Een van je moeders woont ook in de buurt. Hij is nu te zwak om zelf de tram te nemen, maar er gaat een roterende groep ondersteuners met hem mee van de buurtafdeling van de stedelijke Coöperatie voor Universele Zorg (CUZ) met z’n miljoenen leden, waarvan de reikwijdte zo veelomvattend is als de behoeften van de mensen. Zij kunnen helpen als je oud bent, griep hebt of een slechte dag hebt, of als je iets zwaars van een hoge plank moet halen en iedereen naar de film is. Met de hulp van de CUZ trekt de tengere moeder door de stad op bezoek bij vrienden, tuiniert hij in de kronkelige bostuin van de stad en doet hij een dutje op ergonomische bankjes aan de kant van beekjes waar otters leven.
Je maakt zelf deel uit van de CUZ en helpt op woensdagavonden een buurvrouw met hersenverlamming – Jolene – in de kantine, en met de schildertherapiegroep die ze leidt. Jolene kan niet zelf koken in de keuken van haar flat, maar de vele fijnproeverskantines in de stad betekenen dat niemand zelf eten hoeft te maken, tenzij ze dat graag zouden willen. Jolene is vijf keer bevallen en speelt een actieve rol in het leven van veel kinderen, net als al hun andere moeders, en hun leraren en vrienden.
Misschien zul je zelf ooit bevallen (of je nu wel of niet met een baarmoeder geboren bent). Dat zou een interessante ervaring kunnen zijn, een die geen verwachting inhoudt van toekomstige betrokkenheid bij de opvoeding van kinderen. Veel mensen die bevallen blijven betrokken, anderen niet. Als je een kind wilt helpen opvoeden, ga je naar de crèche, als onderwijzeres of als moeder. Moeder worden is een verbintenis van twee decennia, die een duidelijke overeenkomst inhoudt met een groep andere moeders (meer dan drie, meestal minder dan acht, althans in de eerste jaren) die aan hetzelfde kind zullen worden toegewezen. Je kan de moederovereenkomst verlaten wanneer je wilt, maar noch het aangaan noch het verlaten ervan is iets om lichtvaardig te besluiten. Maar zulke beslissingen kan je gerust uitstellen – moeder worden kan altijd nog, van de jongvolwassenheid tot in de ouderdom. Voorlopig ga je met een vriendin een massage nemen in het plaatselijke art nouveau gemeenschappelijk badpaviljoen.
Hier en nu in de jaren 2020, is zorg buiten het gezin al realiteit. Queers en andere vluchtelingen uit het kerngezin verzorgen elkaar al sinds de tijd voordat het kerngezin überhaupt een ding was. En we zullen dat nog lang daarna blijven doen. Laten we deze relaties van zorg tussen niet-verwanten respecteren, erkennen en uitbreiden, door onze verplichtingen aan elkaar, en door onze strijd om een einde te maken aan de eenzame en gemene kapitalistische ellende. Laten we de wereld bouwen die onze dierbaren verdienen. Laten we het gezin afschaffen.
Judy Thorne
(Dit een vertaling van “It’s Time to Abolish the Family“, dat op 14 february verscheen op Novara Media. Judy Thorne is een antropologe van utopische verlangens die in Manchester woont.)