Hoe zijn we in deze wooncrisis terechtgekomen?
Met de invoering van de Woningwet in 1901, die als doel had de bouw van kwalitatief goede en betaalbare woningen te bevorderen, is er in Nederland veel sociale huur gebouwd. De volkshuisvesting was daarmee geboren. Het was de politieke taak van de overheid om iedereen volwaardige huisvesting te bieden. Sinds eind jaren 80 woedt er een neo-liberale wind door de politiek en is er doelbewust ingezet op de afbreuk van de volkshuisvesting. Langzaamaan maakte ons woonrecht plaats voor de “woningmarkt”. Huizen werden een verdienmodel. Woningbouwverenigingen werden door Lubbers en Kok geprivatiseerd en veranderden van sociale instituties naar markt-gedreven vastgoedinvesteerders. Na de financiële crisis in 2008 is de bouwproductie gehalveerd en is veel sociale huurvoorraad in de uitverkoop gezet. Honderdduizenden woningen werden gesloopt, verkocht of geliberaliseerd waardoor wachtlijsten overal in Nederland toenamen. Steeds meer woningen werden verkocht aan nationale en internationale investeerders en beleggers. Huizen werden opgekocht om vervolgens duur te verhuren (zogenaamde buy-to-let). Stef Blok (VVD), onze toenmalige minister van Wonen, ging vastgoedbeurzen af om betaalbare huurwoningen van woningbouwcorporaties in de etalage te zetten en te verpatsen aan de hoogste bieder. Hij heeft eigenhandig het ministerie voor Wonen opgeheven en verkondigde met trots dat hij de eerste VVD-er was die een heel ministerie heeft doen verdwijnen. Met de afbreuk van de volkshuisvesting is er doelbewust schaarste gecreëerd waardoor verschillende groepen tegenover elkaar worden uitgespeeld. Nee, de woningnood komt niet door statushouders! Het is niet de schuld van zogenaamde scheefwoners noch krakers. Woningen worden niet afgepakt en onbetaalbaar gemaakt door studenten, woningzoekenden, statushouders of krakers, maar door grote op winst beluste bedrijven, speculanten en overheidsbeleid.
Lilian Seip in Hoe zijn we in deze wooncrisis terechtgekomen? (Bondprecairewoonvormen.nl)