Kleine boeren in Tanzania in verzet tegen landroof
Tanzania is een van de landen die het zwaarst getroffen zijn door de wereldwijde jacht op landbouwgrond die volgde op de voedselcrisis van 2008. De grote landbouwprojecten, van multinationals, banken en enkele regeringen, hebben veel kleine boeren van hun land verdreven en brachten heel wat conflicten met zich mee. In Tanzania stortten de meeste van deze projecten al snel in, maar niettemin hebben ze veel ellende veroorzaakt voor de lokale boeren.
Ondertussen zijn we vijftien jaar verder en probeert de regering van Tanzania opnieuw honderdduizenden hectaren land ter beschikking te stellen aan multinationals om er megaboerderijen op te zetten. Deze zullen geen voedsel produceren voor de lokale bevolking, maar zich richten op exportgewassen. Zo wil China op grote schaal sojabonen in Tanzania laten verbouwen voor zijn enorme varkens- en pluimveebedrijven, nu de vraag naar vlees in het land toeneemt. Opnieuw bedreigt een golf van landroof de kleine Tanzaniaanse boeren. Maar ongetwijfeld zullen zij zich ook nu verzetten.
De combinatie van China’s interesse in sojabonen uit Tanzania en het verlangen van de Tanzaniaanse regering naar buitenlandse investeringen in grootschalige landbouwprojecten leidt bijna vanzelf tot landroof en het bijbehorende verzet. Terwijl er al zoveel landconflicten in het hele land zijn, niet alleen vanwege industriële megaboerderijen, maar ook voor mijnbouw, natuurreservaten en commerciële bossen voor het vastleggen van het broeikasgas koolstofdioxide. Eén zogenaamd “duurzaam bosbouw” project voor de verkoop van koolstof-kredieten is eigendom van een lid van de koninklijke familie in Dubai, en is acht miljoen hectare groot.
Het in beslag nemen van nog meer grond, nu voor megasojabedrijven, zal de spanningen ongetwijfeld verder doen toenemen. In het Kilosa-district in de Morogoro-regio, bijvoorbeeld, zijn er al tientallen jaren problemen tussen kleine boeren die hun land niet kwijt willen omdat ze er voedsel voor de lokale bevolking willen blijven verbouwen, en zakenlui die het land in handen proberen te krijgen voor sisalplantages, om te verpachten of puur om mee te speculeren. Toen John Magufuli president was (2015-2021) slaagden de kleine boeren er uiteindelijk in om de regering te laten ingrijpen. Die trok heel wat landtitels van de zakenmannen in. De landerijen die ze al bemachtigd hadden, gaf de regering echter niet terug aan de betrokken kleine boeren, maar droeg ze over aan de districtsraden, die de akkers samenvoegden en als megaboerderijen verpachtten aan zogenaamde “boerengroepen” om in opdracht van de staat commerciële export gewassen zoals sisal te verbouwen. Ook verkocht de overheid in beslag genomen grond aan andere zakenlieden of aan overheidsinstellingen, zoals het instituut voor landbouwzaden.
Onteigeningen
Abdul Tumbo is een boer uit het dorp Mvumi in het district Kilosa. Hij is herhaaldelijk gearresteerd en gevangen gezet voor het boeren op land dat zijn grootouders bewerkten, maar dat een machtige zakenman zegt aangekocht te hebben. De regering van Magufuli heeft de landrechten van de zakenman een paar jaar geleden ingetrokken, maar de districtsraad probeert nu de verschillende gronden van deze zakenman samen te voegen tot een megaboerderij en die te verpachten aan een “boerengroep”, in plaats van de akkers aan Tumbo en andere kleine boeren uit Mvumi terug te geven. De dorpelingen willen niets te maken hebben met een megaboerderij. Ze stellen dat het land van hen is, en dat ze daarom geen pacht hoeven te betalen. Bovendien willen ze er voedsel produceren voor hun families en lokale gemeenschappen, en geen handelswaar voor bedrijven.
Tumbo vertelt van een naburig dorp waar het districtsbestuur een megaboerderij van 325 hectare wil opzetten op land dat de plaatselijke kleine boeren al sinds 1984 bewerken, toen de sisalplantage die er lag stopte. In december 2022 plantten de lokale boeren er maïs. Nu heeft het districtsbestuur de maïsoogst in beslag genomen, tot woede van de dorpelingen.
In heel Tanzania laaien soortgelijke conflicten op omdat de regering en zakenmensen illegaal grote stukken dorpsland via juridische achterdeurtjes omvormen tot megaboerderijen voor de productie van sojabonen en andere gewassen voor de export. Duizenden kleine boeren en herders raken hierdoor hun land kwijt en nog veel meer kleine boeren krijgen te maken met watertekorten, omdat de megaboerderijen grote hoeveelheden water gebruiken voor irrigatie.
De gevolgen van deze grootschalige, commerciële landbouwprojecten zullen niet alleen voelbaar zijn op het platteland zelf, maar ook in de steden, omdat het land dat kleine boeren nu gebruiken om voedsel voor de lokale bevolking te produceren, onderdeel wordt van megaboerderijen die voor de export produceren. De voedselprijzen op de lokale markten zullen dus ongetwijfeld gaan stijgen.
Een ander voorbeeld: in 2023 vaardigde de regering een ontruimingsbevel uit voor 23 dorpen in het district Mbarali. een van de mooiste rijstgebieden van het land. Meer dan 25.000 kleine boeren zouden hun land gaan verliezen. Dit alles om het Ruaha National Park uit te breiden met een door de Wereldbank gefinancierd project. De voorgenomen ontruiming veroorzaakte zoveel opschudding dat de overheid zich gedwongen zag hier tijdelijk vanaf te zien. Ondertussen hebben 852 dorpelingen de zaak aanhangig gemaakt bij het Hooggerechtshof van Tanzania.
Een kritiek moment
De huidige situatie in Tanzania doet denken aan het Japanse ProSavana project in Noord-Mozambique, tien jaar geleden. Veertien miljoen hectare land in een van de meest vruchtbare en dichtstbevolkte streken van het land wilde de overheid onteigenen om er grote boerderijen op te zetten en boeren te contracteren voor de productie van sojabonen en andere gewassen voor de export naar Japan. De Japanse, Braziliaanse en Mozambikaanse regering ontwikkelden dit project gezamenlijk, zonder medeweten van de betreffende gemeenschappen. Toen die hoorden wat er aan de hand was, begonnen ze onmiddellijk verzet te organiseren, met steun van verschillende organisaties in Mozambique, Brazilië en Japan. Ondanks de enorme macht van hun tegenstanders slaagden de Mozambikaanse boeren en hun bondgenoten erin om het project in 2020 te stoppen.
Dit is een kritiek moment voor kleine boeren en herders in Tanzania. Zij worstelen al met een tekort aan land en water om de snel groeiende bevolking van voldoende voedsel te voorzien. De klimaatcrisis verergert het gebrek aan water ook nog eens. Kleine boeren zijn in staat een overvloed aan voedzaam, chemievrij voedsel te produceren om het land te voeden, en zelfs een overschot produceren voor de export, als de overheid maar het juiste beleid zou voeren om hun lokale zaadsystemen te ondersteunen, hun land en water te beschermen en ervoor te zorgen dat ze voldoende toegang tot de markten hebben.
GRAIN en Via Campesina Zuid- en Oost-Afrika
Dit artikel bestaat uit enkele fragmenten van “A new wave of land grabs strikes Tanzania”, van Grain, februari 2024. Vertaling en bewerking: Jan Paul Smit. Verder lezen: “Expanding markets, undermining food sovereignty: 10 years of China’s Belt and Road”.