Leiden gaat baanlozen dwingen tot ‘vrijwilligerswerk’ door te dreigen met het opleggen van “een tegenprestatie”

Logo.
Logo.
Vorige week bespraken we “het nieuwe onbetaalde werken onder staatstoezicht, oftewel: de verkwanseling van het vrijwilligerswerk”. Hoe dat concreet in z’n werk gaat, zien we bijvoorbeeld in Leiden. Eind vorig jaar besloot de gemeenteraad ook daar dat uitkeringsgerechtigden voortaan in het kader van de Participatiewet ‘vrijwilligerswerk’ moeten doen. In een inspraakreactie bij de raadscommissie Werk en Inkomen liet Doorbraak weten daar faliekant op tegen te zijn. In een bijgaand artikel lieten we zien welk type werk de gemeente op het oog heeft, hoe lang baanlozen gratis moeten gaan werken, hoe een tegenprestatie regulier werk verdringt, de gevolgen daarvan voor vrijwilligerswerk, en de repressie en de psychologische manipulatie die ermee gepaard gaan. Inmiddels is de gemeente druk bezig de plannen verder uit te werken.

In Leiden deden twee wethouders op een bijeenkomst voor vrijwilligersorganisaties in maart uit de doeken hoe het beleid rond de tegenprestatie er in Leiden precies uit gaat zien. Dat ging gepaard met lekkere hapjes, drankjes en een hoop mooie praatjes. De bijeenkomst werd georganiseerd door iDOE, een organisatie die mensen die vrijwilligerswerk zoeken, koppelt aan vrijwilligersorganisaties. Van de gemeente heeft iDOE “de opdracht” gekregen om te helpen bij de uitvoering van het beleid rond de tegenprestatie. Tijdens de bijeenkomst probeerden SP-wethouder Roos van Gelderen en PvdA-wethouder Marleen Damen het beleid te verkopen aan hoofdzakelijk professionals van grotere organisaties en instellingen, aan een aantal mensen van organisaties die puur op vrijwilligers draaien, en aan een sporadische baanloze.

Kort gezegd, is het uitgangspunt van de gemeente Leiden om baanlozen te “stimuleren” om vrijwilligerswerk te gaan doen via al bestaande vrijwilligersorganisaties. Alleen de mensen die “echt niet willen”, krijgen een verplichte tegenprestatie opgelegd. Naar verwachting zou het gaan om vijftig tot honderd bijstandsgerechtigden. Het is nog onduidelijk wat die tegenprestatie precies gaat inhouden, maar het gaat niet bij reguliere vrijwilligersorganisaties plaatsvinden, aldus de gemeente.

Professionals

De gedachte achter de tegenprestatie is dat baanlozen “iets terug moeten doen voor hun uitkering”. Wethouder Damen verpakte het tijdens de bijeenkomst allemaal mooi: “Wat we niet willen is, om het maar even plat te zeggen, dat je wat moet doen voor je poen”. Ook wethouder Van Gelderen sloot zich daarbij aan, op dezelfde zoete toon: “Mensen doen al van alles en willen ook van alles doen”. Maar de schone schijn van dit soort praatjes staat in schril contrast met de werkelijkheid die de bijstandsgerechtigden te verwerken zullen krijgen. De tegenprestatie zal namelijk wel degelijk als dreigmiddel worden gebruikt. “Als jij nu niet snel vrijwilligerswerk vindt, dan bedenken we zelf wel wat voor je”, zo luidt de gemeentelijke boodschap. Baanlozen voelen dus de druk om koste wat het kost, betaald of onbetaald, aan het werk te gaan. Het is nog onduidelijk in hoeverre dat ook zo expliciet aan baanlozen meegedeeld gaat worden.

Het was opvallend dat tijdens de bijeenkomst vooral professionals van bijvoorbeeld grote zorginstellingen en reïntegratiebedrijven vielen aan te treffen. Daardoor werd er vooral over vrijwilligers en baanlozen gepraat, in plaats van met en door hen. Dat zorgde meteen voor een paternalistische sfeer, waarbij uitkeringsgerechtigden vooral als slachtoffers worden beschouwd die ondersteund en geholpen zouden moeten worden. Daarnaast leken veel van de professionals er ook naar op zoek of er nog wat viel te halen, bijvoorbeeld een subsidietje voor het een of andere project. Sowieso zijn veel organisaties, vooral die met betaalde krachten, voor hun financiering afhankelijk van de gemeente, die daarom te vriend moet worden gehouden. Nu er aan alle kanten wordt bezuinigd, zijn ze druk op zoek naar andere manieren om geld te besparen of binnen te slepen.

De professionals leken daarbij onvoldoende te beseffen dat ze misschien ook hun eigen baan op het spel zetten. Hoe meer werk er door vrijwilligers wordt overgenomen, hoe groter ook de kans dat banen die vroeger nog werden betaald, langzaam worden omgezet in vrijwilligerswerk, vooral bij organisaties die al deels op vrijwilligers draaien. De mensen die meer van onderop op de bijeenkomst waren afgekomen, waren aanmerkelijk kritischer dan de professionals. Ze hadden minder vertrouwen in de praatjes van de ambtenaren en de wethouders. Sommigen deden het af als “een grote poppenkast”. Deze organisaties zitten helemaal niet te wachten op gedwongen of half gemotiveerde vrijwilligers, en moeten weinig hebben van de dwang die de overheid wil opleggen aan baanlozen.

Contactpunten

iDOE gaat een aantal lokale contactpunten in wijken openen waar organisaties en mensen die vrijwilligerswerk zoeken, informatie en begeleiding kunnen krijgen. Het valt op dat deze contactpunten bemenst gaan worden door vrijwilligers en studenten psychologie, die dat als stage doen. Ook iDOE zoekt namelijk naar goedkope manieren om haar werk te kunnen blijven doen. Zo gaan vrijwilligers dus baanlozen helpen bij het zoeken naar vrijwilligerswerk of een tegenprestatie. Ook iDOE zelf wil dus steeds meer vrijwilligers inzetten voor allerlei taken.

Onderdeel van het beleid rond de tegenprestatie in Leiden is dat iedereen in de bijstand wordt opgeroepen voor het project “klant in beeld”. Volgens wethouder Van Gelderen betekent dat een kanteling in het beleid. Want waar de afgelopen jaren de focus vooral lag op de mensen die nog wel een kans op een baan hadden en de rest “aan hun lot werd overgelaten”, verschuift de focus nu naar die tweede groep, die weer moet gaan “participeren”. Zo kan men de mensen die een tijd aan de aandacht van consulenten waren ontsnapt, weer in de reïntegratiemolen stoppen, waarbij men dan kan nagaan of ze een tegenprestatie moeten verrichten. Een ander doel van “klant in beeld” vormt natuurlijk het opsporen van fraude. Bijstandsgerechtigden die bij Sociale Zaken lang uit beeld zijn geweest, komen weer in contact met gemeente-ambtenaren. Zo kan er allerlei informatie komen bovendrijven “die gevolgen heeft voor de uitkering”. Zo gaat het “activeren” van baanlozen hand in hand met het controleren en disciplineren.

Aanpak?

Het wordt in Leiden dus nogal onduidelijk wanneer vrijwilligerswerk een gedwongen karakter heeft. Zoals het er nu op lijkt, hoeven vrijwilligersorganisaties geen overeenkomst met de gemeente te tekenen en ook niet aan de gemeente door te geven of de baanloze wel netjes en op tijd zijn werk doet. Als de gemeente wordt aangesproken op haar beleid, dan kan men gemakkelijk verwijzen naar de landelijke politiek die gemeenten dwingt om de tegenprestatie lokaal uit te voeren. Doorbraak is dan ook nog aan het nadenken over goede manieren om het probleem van gedwongen vrijwilligerswerk in Leiden te kunnen aanpakken.

Joris Hanse
Mariët van Bommel