Machthebbers zoeken graag de slachtofferrol op
“‘Op de Dag van de Arbeid moet ook aan de ondernemer worden gedacht, die staat bij stakingen met de rug tegen de muur’, ziet financieel expert Annemarie van Gaal”, aldus WNL Vandaag op MayDay op Twitter. Dit is een van de meest voorkomende en diepgewortelde pr-technieken van machtige instellingen en personen: het ontkennen of zelfs omdraaien van de machtsverhouding. Als je het eenmaal leert herkennen, zie je het overal.
Macht heeft in Nederland een vervelende connotatie. Ten eerste associëren we macht snel met autocratische en totalitaire regimes. Dictators hebben macht. Grensoverschrijdende managers hebben macht.
Bovendien wordt macht ook geassocieerd met verantwoordelijkheid. Wie macht heeft, moet zich verantwoorden voor hoe hen die macht gebruikt. Wie macht heeft, krijgt ook te maken met kritiek en wantrouwen.
Dat wil overigens niet zeggen dat men in Nederland (en daarbuiten) macht zelf vies vindt. Sterker nog, macht wordt constant nagestreefd, zowel in de politiek als in het bedrijfsleven. Politieke partijen willen verkiezingswinst. Carrièretijgers willen promotie.
De optimale positie om te hebben, onder die omstandigheden, is dat je wél macht hebt, maar dat je niet wordt gezien als iemand met macht. Met andere woorden: dat je de macht die je hebt, ontkent. In ieder geval in het openbaar.
Een voorbeeld van een persoonlijkheid die haar eigen macht ontkent (en die van haar tegenstanders overdrijft) is J.K. Rowling. Al jaren stelt ze dat haar het zwijgen wordt opgelegd door transactivisten, die haar vrijheid van meningsuiting inperken.
Als je naar de daadwerkelijke machtsverhouding kijkt, is het moeilijk te zien hoe die activisten de mogelijkheid hebben om Rowling het zwijgen op te leggen. Ze is een multimiljonair met een enorm bereik op Twitter en steunt zelf meerdere actiegroepen.
De activisten die haar bekritiseren, roepen op om haar producten niet te consumeren. Daar blijft het grotendeels bij. Deze boycots hebben vooralsnog geen groot effect gehad op het inkomen van Rowling. Als ze nooit meer een cent zou verdienen, zou ze haar hele leven rijk blijven.
Hier draait Rowling in feite de rollen om. Het ‘debat’ gaat er niet meer over hoe zij financieel een lobby steunt die het leven voor trans mensen ondragelijk wil maken. Het gaat opeens over haar zwijgen en de “hardheid” van activisme. Activisten moeten zich hier verantwoorden.
Men zou de daadwerkelijke machtsstructuren kunnen ontrafelen door het gebruik van academisch-theoretische frames. Dat kost echter tijd en moeite die de meeste mensen niet hebben. De meeste mensen zijn voor hun machtsanalyse afhankelijk van media.
De tragiek van media is dat ook zij onderdeel zijn van machtsstructuren. Goede media leggen machtsstructuren bloot, maar goede media gaan tegen de stroom in. Ook voor media geldt: de weg van de minste weerstand strijkt niet tegen de machtige haren in.
Tragisch genoeg wordt onze maatschappelijke visie op waar macht ligt en waar niet gevormd door juist de mensen die macht hebben. Dat zijn de mensen die hun visie het vaakst naar voren kunnen laten komen. Zoals bij Rowling: kritiek op haar wordt altijd geframed door haar reactie.
Hetzelfde geldt voor Annemarie van Gaal. Zij plaatst stakers en ‘werknemers’ in de machtige rol, en ‘ondernemers’ in de rol van slachtoffer. Waardoor de focus komt te liggen op het “machtsgebruik” van werkers, die vervolgens kritiek moeten oogsten.
Dit, terwijl ‘ondernemers’ al jaren hun winsten zien stijgen door toenemende arbeidsproductiviteit, terwijl de lonen van werkers achterblijven. De economische macht ligt bij ‘ondernemers’, maar juist de kritiek op die macht wordt neergezet als macht.
Paradoxaal genoeg is macht makkelijker te ontkennen voor partijen die al machtig zijn, en wiens tegenstanders juist minder machtig zijn. Neem de leus “from the river to the sea”, die als genocidaal is aangemerkt door een regime dat zelf genocide pleegt.
Hierbij wordt een leus die “misschien” genocidaal “zou kunnen worden opgevat” (door de Israëlische regering) meer gewicht toegekend dan een daadwerkelijke genocide en een daadwerkelijk apartheidsregime die nu plaatsvinden. Het is hallucinant.
De situatie in Gaza heeft de laatste tijd een weelde aan voorbeelden gegeven van dit fenomeen. Neem deze actie. Demonstranten gingen het partijkantoor van de ChristenUnie (CU) binnen en gingen daar zitten. Dat heet dan een “bezetting”.
In de verklaring van de CU gaat het verder: daar wordt gesproken over een (niet nader uitgelegd) “gevaar”, en “intimiderende” acties die de democratische rechtsstaat zouden ondermijnen. Demonstranten worden als dictators neergezet door een partij die actief genocide steunt.
Ook bij de respons op de protestacties bij Amerikaanse universiteiten wordt de techniek gebruikt. Yeşilgöz stelt dat er sprake is van een holocaustsfeer, dat Joodse studenten worden weerhouden van het bezoeken van de universiteit.
Hier wordt expliciet de link gemaakt tussen deze demonstranten en het Hitlerregime. Dit, terwijl Joodse studenten juist meedoen aan de demonstraties. Er worden geen Joodse studenten geweerd door demonstranten, dat is simpelweg een leugen.
Of, nou ja, dat was zo. Tot Amerikaanse universiteiten besloten om demonstranten, waaronder Joodse demonstranten, te schorsen of zelfs van de universiteit te verbannen voor het meedoen aan de demonstraties. Daarover hoor je echter geen woord.
En waar demonstranten en activisten zich een verantwoordelijkheid en terughoudendheid moeten aanmeten die een staat toebehoort, mag de staat zich beroepen op de vergevingsgezindheid die meestal voor individuen is voorbehouden.
Wat bedoel ik daarmee? Neem dit voorbeeld: wat we veel horen van de Nederlandse regering is dat er een “fout” is gemaakt. Voor die “fout” wordt vervolgens “excuses” gemaakt, waarmee het een en ander vergeven en vergeten is. Hiermee framed de regering een fout als iets kleins, persoonlijks.
Dit, terwijl het niet ging om een “foutje”. Jarenlang zijn beleidsmatig beslissingen genomen die elk hebben bijgedragen aan dit drama. Sorry zeg je als je koffie omstoot. Niet als je gepakt bent op doelmatig, decennialang beleid.
Dit overkomt ook politieke partijen. Op Koningsdag postte NSC een anti-EU tweetje met extreem-rechtse bijsmaak over verloren culturele tradities. Na veel backlash is de tweet verwijderd en veranderd in een ‘normaal’ tweetje. Oeps, intern foutje!
Terwijl: niemand heeft ooit een oranje tompouce zo op het toetsenbord laten vallen dat dit berichtje eruit is gekomen. Iemand heeft dit bericht getypt, in lijn met het partijprogramma, en verstuurd. De enige fout die NSC heeft gemaakt, is dat ze de backlash niet voorzagen.
Je kan zo uren doorgaan (en ik zou mensen willen vragen hun favoriete voorbeeld te delen), maar je snapt het punt. Machtige partijen ontkennen hun eigen macht en dichten macht en verantwoordelijkheid toe aan activisten en demonstranten, die zij helemaal niet hebben.
Het enige tegengif is een goede machtsanalyse, gecombineerd met goede media die die machtsanalyse de wereld in helpen. Die macht aanwijst waar het bestaat. Dus volg One World, Doorbraak, Follow the Money, Jacobin en andere kwaliteitsjournalistiek.
En laat je niet meeslepen in het frame van een tegenstander. Denk eraan: je bent geen staat, je bent een individu.
Voetnoot: voor wie bij deze tactiek moet denken aan DARVO, je bent niet alleen. Er is een grote overlap tussen tactieken van misbruikers in een persoonlijke relatie en in andere machtsverhoudingen. Dit gaat daar ook over:
Bo Salomons
(Dit artikel verscheen eerder als draadje op Twitter.)