Machtsdynamische voorspelling voor 2025: Wilders blaast zijn kabinet voorlopig niet op

“De steun van Elon Musk aan Trump en extreem-rechtse bewegingen in Europa past geheel in de de wijze waarop vooraanstaande industriëlen al voor 1933 Hitler steunden. Op 27 januari 1932 werd Adolf Hitler uitgenodigd om te spreken op een bijeenkomst van de Industriëlen Club”, aldus DrJH op Bluesky. Deze tweet wijst op iets belangrijks: heel veel politiek speelt zich af buiten ons gezichtsveld. We reageren op wat er in de media speelt, maar hoe krijgen we een idee van wat er buiten ons zicht gebeurt? Dat kan door “machtsdynamica’.

Machtsdynamica is in Nederland helaas een onderontwikkelde wetenschap. In de Verenigde Staten worden machtsanalyses veel serieuzer ondernomen in de academische wereld en de journalistiek. Nederland lijkt macht niet te zien.

Dat is problematisch, want machtsanalyses zijn één van de belangrijkste middelen, zo het niet het belangrijkste middel, om te achterhalen waar problemen in de samenleving vandaan komen. Want: de maatschappij wordt bewogen door de som van krachten, net als in natuurkunde.

En, net zoals natuurkunde krachten, heeft macht zich aan bepaalde regels te houden. Wat zijn die regels? We beginnen met Regel 0, de basisaanname: wie macht heeft, wil die macht gebruiken om hun doel te bereiken. Hier zal iedereen, van links tot rechts, het mee eens zijn.

Dan, Regel 1: wie macht heeft, wil die macht behouden. Dit vloeit voort uit de basisaanname. Wie macht gebruikt om hun doelen te bereiken, wil die macht niet kwijtraken, want anders raken die doelen uit zicht. Dit lijkt eenvoudig, maar heeft enorme consequenties.

Bijvoorbeeld: wat gebeurt er als een persoon of instelling met macht voor de keuze staat om ‘het juiste’ te doen, of om eigen macht te behouden? Dan zal de machthebber kiezen om de macht te behouden, zelfs als dit de doelen in de weg zit die de machthebber wil bereiken.

Dit zien we luid en duidelijk in de politiek. De PvdA, ogenschijnlijk een sociale, linkse partij, heeft in het kabinet-Rutte II meegewerkt aan de afbouw van sociale zekerheid. In ruil daarvoor kreeg de PvdA ministerposten en invloed.

Of, recenter, de NSC. Een partij die zich bij woord inzet voor “grondrechten”, maar die in daad te gronde richt. NSC kan zogenaamd voor haar “principes” staan, maar in het geval van verkiezingen verliest zij alle invloed. Dat is het niet waard.

Of neem Shell. Het oliebedrijf investeert steeds minder in hernieuwbare energie, omdat dat minder geld oplevert dan blijven investeren in bestaande fossiele industrie. In deze situatie is geld macht, en Shell is bereid de veel te offeren voor die macht.

Al deze instellingen worden in feite gedwongen om macht te prioriteren boven alle andere overwegingen, zelfs boven hun fundamentele waarden. Doen ze dit niet, dan worden ze ingehaald door hen die dat offer wél willen brengen. Een “race to the bottom“.

Dat brengt ons naar Regel 2: Macht zoekt de weg van de minste weerstand. Hiermee bedoel ik dacht machthebbers zo min mogelijk tijd, energie en grondstoffen in een bepaald probleem willen steken. Ze willen hun macht “efficiënt” inzetten. Een voorbeeld illustreert dit:

Neem bijvoorbeeld kapitalisme, waar geld gelijk staat aan macht. Bedrijven proberen altijd alles zo goedkoop mogelijk te doen, of het nu gaat om arbeidskracht of grondstoffen. Want hoe meer geld ze overhouden, hoe meer ze kunnen investeren.

Ook hier geldt: als een machthebber ervoor kiest om “inefficiënt” te zijn, dan zal deze uiteindelijk worden vervangen door een machthebber die de middelen wél “efficiënt” inzet. Deze “efficiëntie” gaat meestal ten koste van anderen, van mensen zonder macht.

De voorbeelden van deze weerstand zien we overal. Een recent voorbeeld is de forfaitaire belasting. Natuurlijk zou de staat inkomsten uit vermogen reëel kunnen belasten, maar dat kost veel te veel werk. Dus hebben ze voor een makkelijker systeem gekozen.

Aangezien geld een fysieke representatie is van macht, is efficiëntie vaak te zien in hoe er met geld wordt omgegaan. Elke bezuiniging is in feite een efficiëntieslag, en laat zien wat machthebbers acceptabele en onacceptabele offers vinden.

Maar efficiëntie zit niet alleen in koude cijfers. Hier speelt de macht van anderen ook een rol, wat ons brengt tot de volgende regel. Regel 3: Macht stemt zich af op macht. Waarmee ik bedoel te zeggen dat machthebbers zo min mogelijk de strijd aangaan met andere machthebbers.

Ook dit is een overweging van efficiëntie. Het kost gewoon heel veel tijd, moeite en geld om de strijd aan te gaan met andere machthebbers. Als het mogelijk is om je doelen te bereiken zonder de strijd aan te gaan met andere machthebbers, dan zal een machthebber daarvoor kiezen.

Een recent voorbeeld uit eigen land is gokwetgeving. Online gokken was lang verboden, maar het was moeilijk daadwerkelijk op te treden. In plaats van die strijd aan te gaan, koos de regering om online gokken te legaliseren. Dat scheelde moeite.

Met als gevolg dat er vrijwel onmiddellijk een krachtige goklobby ontstond. Hierdoor is het helemáál onmogelijk geworden om online gokken ooit nog te verbieden. Dat zou betekenen dat er jaren tegen de goklobby en hun rechtszaken geknokt zou moeten worden.

Dit hebben we overigens eerder gezien. In 2013 werd bepaald dat in 2024 alle nertsenfokkerijen dicht zouden moeten. Ook hier volgden rechtszaken, en de nertsenhouders lieerden zichzelf met Farmers Defence Force.

Waarom kon het verbod op nertsenfokkerijen dan toch doorgang vinden? Uiteindelijk was de macht van de nertsenhouders niet zo groot als die van de tegenstanders. Het probleem was voor nertsenhouders niet existentieel, die konden andere bedrijfjes starten.

In Nederland hebben we Regel 3 geïnstitutionaliseerd in het zogenaamde “poldermodel“. Problemen tussen de “sociale partners”, de machthebbende instellingen van werkgevers en werknemers, kunnen zo met compromissen worden opgelost.

Strijd tussen machthebbers is bijzonder zeldzaam. Pas als de fundamentele belangen van twee machthebbers zó tegenstrijdig worden dat er geen compromis meer mogelijk is, volgt er daadwerkelijke strijd. Of dat nu binnen een land is, of een oorlog tussen landen.

In Nederland heeft dit geleid tot parlementaire politiek die voor een deel ‘saai‘ genoemd mag worden. Zelfs tijdens de verkiezingscampagne is er niet echt strijd. Het gaat over procenten hier, procenten daar. Uiteindelijk gaat het allemaal door één deur.

De politiek is natuurlijk niet saai als je vluchteling of trans bent, of als je toeslagen ontvangt. Dan is de politiek eensgezind je vijand. Immers, je hebt geen macht, dus jou pesten is de weg van de minste weerstand. Op jou kan bezuinigd worden.

Uiteindelijk zitten alle politieke partijen in dezelfde parlementaire machtsboot. Parlementaire partijen zouden zich kunnen verzetten tegen het fascisme van Wilders, maar dat kost moeite. Dat kost tijd. Dat kost macht. Dus is het de laatste optie.

Daarvoor moet de PVV een existentieel gevaar vormen voor linkse partijen als PvdA/GL, maar dat is simpelweg nog niet zo. Of in ieder geval, dat is nog niet duidelijk. Deze partijen zoeken de laatste jaren hun achterban steeds meer in de middenklasse.

Daardoor is er voor PvdA/GL weinig fundamentele weerstand tegen de kapitalistische, rechtse politiek. Verrechtsing is in grote mate een weg van weinig weerstand voor hen.

Nu, hoe kunnen we deze regels praktisch toepassen op de hedendaagse politiek? Hoe kunnen we hiermee zien wat we normaal niet kunnen zien?

Allereerst een kijkje naar het bedrijfsleven. In 2010 liet de werkgeverslobby van VNO-NCW zich nog negatief uit over Wilders. Hij zou de internationale reputatie van Nederland beschadigen. Toen was Wilders nog niet zo machtig als nu.

Hoe anders was dat in 2023, in de aanloop van de verkiezingen. Toen was VNO-NCW opeens een stukje positiever. De politieke wind stond immers op rechts, en daar kon VNO-NCW ook een slaatje uit slaan.

Ook al is er nog niet over gerapporteerd, lijkt het me sterk dat Wilders nog niet met hoge piefen van het bedrijfsleven om tafel heeft gezeten. Immers zijn zij nu twee machtige partijen, en ligt het voor de hand dat zij hun handelen op elkaar afstemmen.

Hun belangen staan dit ook toe. VNO-NCW wil vooral minder “regeldruk” voor het bedrijfsleven om winstgevendheid te verhogen. Wilders heeft geen enkel ander politiek doel dan zijn eigen macht uitbreiden. Die twee doelen steken elkaar niet.

Ik verwacht dan ook dat de PVV grote donaties uit het bedrijfsleven kan ontvangen in de aanloop naar volgende verkiezingen. Hij heeft zichzelf immers voor een groot deel bewezen als economisch rechts, en hij heeft laten zien hoe makkelijk te politiek voor hem buigt.

Over verkiezingen gesproken: ik denk niet dat er snel verkiezingen zullen komen. Voor NSC, BBB en VVD kan dat alleen maar verlies betekenen. Die zullen hun macht nooit op het spel zetten, ook niet voor hun “idealen”. Alleen Wilders kan de stekker eruit trekken.

Maar Wilders heeft ook wat hij wil: een krachtige, bepalende positie in de coalitie. Hij zal geen nieuwe verkiezingen willen tot er een nieuwe kieswet is, die hem een enorm voordeel zal geven. Dat kan hij nog steeds bereiken. Een verkiezing geeft nu te veel onzekerheid.

Dit kabinet is ogenschijnlijk heel instabiel vanwege alle “drama” waarover in de media wordt gerapporteerd, maar wie door een machtsbril kijkt, ziet de stabielste coalitie in jaren. Al het gekeuvel over en weer is voor de show. Achter de schermen is Wilders de baas.

En een laatste voorspelling: alle autocratische voorstellen die de regering-Schoof I heeft voorgesteld, zullen uiteindelijk worden doorgevoerd, ook al wordt het soms vertraagd. Hoe meer autocratische wetten worden ingevoerd, hoe sterker de macht van de regering.

En hoe sterker de macht van de regering, hoe zwakker de positie van de maatschappelijke oppositie en wat over is van de democratie. Hoe zwakker die oppositie, hoe kleiner de kans dat de politiek haar nek uitsteekt voor die belangen.

We zitten dus in een “machtsfuik”. Naarmate de macht van de regering wordt uitgebreid, zal het moeilijker worden om je tegen de regering te verzetten. Wat voor andere machthebbers dan weer reden is om te proberen een compromis te vinden met de regering.

We bevinden ons dus in een neerwaartse spiraal, waarin macht steeds meer gecentraliseerd wordt. Het enige wat we daartegen kunnen beginnen, is die macht voor eens en voor altijd te breken.

Want als die macht gecentraliseerd blijft, dan maakt het niet uit wie er aan de knoppen zit. Zoals gezegd: machtsbehoud is belangrijker dan andere overwegingen. Dus er is weinig reden voor linkse of rechtse partijen om die gecentraliseerde macht af te bouwen.

In Polen zien we nu hoe moeilijk het is om die gecentraliseerde macht af te bouwen als het eenmaal bestaat. Rechtse macht is daar nu institutioneel ingebouwd, en dat maakt het lastig om het land van bovenaf te democratiseren.

Dus: dan moet het maar van onderop. We kunnen machtscentralisatie niet voorkomen door zelf macht te centraliseren. Willen we onze vrijheid beschermen, dan moeten we zorgen dat macht ons niet kan raken. Meer daarover in het nieuwe jaar.

Alvast een strijdbaar 2025 gewenst.

Bo Salomons

(Dit artikel verscheen eerder als draadje op Twitter en Bluesky.)