Meisje uit Leeuwarden krijgt van IND enkeltje richting boerka

Actie van medeleerlingen

De Nederlandse overheid heeft de mond vol over het bestrijden van vrouwenonderdrukking. De afgelopen jaren is er meer beleidsmatige aandacht gekomen voor vrouwenmishandeling, mensenhandel en gedwongen prostitutie. Maar voor afgewezen vluchtelingen komt men liever niet over de brug. De veertienjarige Sahar Hibrahim Ghel woont al 10 jaar in Nederland, maar moet van de IND nu terug naar Afghanistan. Daar loopt ze vanwege haar “verwesterde leefstijl” grote kans slachtoffer te worden van de Taliban.

“Ik heb me niet aangepast. Ik ben opgegroeid met de Nederlandse cultuur. Ik ken alleen de Nederlandse cultuur. Ik weet niet wat Afghaanse gewoonten zijn.” Sahar en haar familie zouden volgens haar advocaat “onmiddellijk opvallen” in Afghanistan. Teruggaan zou voor de veertienjarige wel eens kunnen betekenen dat haar droom om chirurg te worden in duigen valt. Ze is bang dat ze daar weer naar de basisschool terug moet. “Iemand die zo goed kan leren, die kan heus ook de taal leren en opnieuw beginnen”, meent de IND. Maar de Taliban, die in grote delen van Afghanistan de scepter zwaait, bedeelt vrouwen een minderwaardige rol toe en verbiedt hen buitenshuis te werken of naar school te gaan. VluchtelingenWerk wijst bovendien op rapporten van Human Right Watch waaruit blijkt dat “verwesterde vrouwen” meer kans lopen op “geweld en excessieve gevangenisstraffen”.


Zelfgemaakt filmpje van een klasgenoot van Sahar

Sahar is al zo lang in Nederland omdat haar ouders al drie asielprocedures hebben doorlopen. Daarbij heeft de overheid de termijnen “fors heeft overschreden, waardoor twee aanvragen acht jaar in beslag namen”. Het meisje heeft zich ontpopt tot een goede en geliefde leerling en vriendin. Haar klasgenoten en docenten zijn dan ook een gezamenlijke campagne begonnen om haar in Nederland te houden. Het doet denken aan eerdere campagnes om één bepaald persoon of gezin in Nederland te houden. De mensen die zich voor Sahar uitspreken, zijn overigens niet per se links. Zo zegt een klasgenoot: “Dat zo’n meisje wordt weggestuurd, terwijl er in de stad en eigenlijk overal mensen zijn zonder toekomst, die er gewoon geen flikker voor doen, die hier wel mogen wonen”.

Door de nadruk op een individueel geval blijft het protest weliswaar heel beperkt, maar uiteindelijk kunnen een heleboel individuele gevallen samen wel leiden tot een verandering in het beleid. Zoals bijvoorbeeld bij het “generaal pardon”, waarbij tienduizenden vluchtelingen alsnog een verblijfsvergunning kregen. Daarna sloeg de overheid echter flink terug en timmerde het hele beleid nog verder dicht.

De campagne voor Sahar heeft ondertussen wel enigszins effect. De gehele oppositie in de Tweede Kamer heeft aan minister van Immigratie en Asiel Gerd Leers gevraagd om Sahar en haar familie in Nederland te laten blijven. Geconfronteerd met het eerste wat grotere protest sinds zijn aantreden, heeft Leers beloofd opnieuw naar de zaak te gaan kijken. De uitkomst kan echter nog alle kanten op. De oppositie kan dan wel aan Leers trekken, maar gedoogpartij PVV gaat straks ongetwijfeld in zijn nek hijgen. De rechts-populisten mogen dan zeggen dat ze “de islam” onder meer bestrijden vanwege de achterstelling van vrouwen binnen dat geloof, maar ze zullen hoogstwaarschijnlijk net zo makkelijk een “verwesterde” afgewezen vluchtelinge aan de moslimfundamentalistische Taliban willen uitleveren.

Mariët van Bommel