Ook de politiestaat wordt geprivatiseerd

Private beveiligers bij de Leidse El Cid-introductieweek voor studenten. Deze mannen meenden ten onrechte handtastelijk te mogen worden tegen anti-fascisten.

Deze week heeft de Efteling besloten om het “uiten van levensbeschouwelijke of politieke uitingen” in hun park te verbieden. Aanleiding was een voorval vorig jaar, toen een aantal parkbezoekers door particuliere beveiliging uit het park werd gezet vanwege een “button van een partij die bekend staat om milieu-activisme”.

Vorig jaar bleek dat de Universiteit Leiden gebruik heeft gemaakt van particuliere, undercover beveiligers om demonstrerende studenten te bespieden. Daarbij werden ook foto’s genomen van studenten en werden tassen gecontroleerd. Deze inbreuken op grondrechten passen in een recente ontwikkeling waarbij particuliere beveiligers zich steeds meer als politiemacht gaan gedragen, ondanks dat ze daar geen enkele wettelijke bevoegdheid voor hebben.

Alleen al vorig jaar zijn er meerdere gevallen geweest waarbij particuliere beveiligers over de schreef gingen door zich als politie te gedragen. Op 5 maart 2024 werd in de lobby van de Tweede Kamer gedemonstreerd tegen het kabinetsbeleid ten aanzien van Palestina, waarbij demonstranten werden weggesleept door beveiligers in dienst van de Kamer. Op 27 juli hielden beveiligers van de Amsterdam Pride pro-Palestinademonstranten op afstand (waarbij een beveiliger queerfobe scheldwoorden gebruikte). Anti-fascistische activisten werden bij de El Cid-introductiemarkt voor studenten op 12 augustus door private bewaking weggestuurd van openbaar terrein in Leiden, omdat ze flyers uitdeelden over de fascistische Groot-Nederlandse Studentenvereniging, die van de universiteit een kraampje had gekregen.

Je zou het bij deze voorvallen bijna vergeten, maar particuliere beveiligers zijn wettelijk geen politiemacht. Qua juridische bevoegdheden zijn ze gelijk aan elke burger. Particuliere beveiliging is in Nederland zelfs korte tijd verboden geweest onder de Wet op de Weerkorpsen: als reactie op de knokploegen van de NSB werd in 1936 een verbod uitgevaardigd op “iedere organisatie van particulieren, welke gericht is op […] de handhaving van de uit- en inwendige veiligheid en van de openbare orde en rust”. Dat verbod werd in 1938 aangepast om nog ruimte te bieden voor particuliere nachtbeveiliging van bedrijventerreinen en dergelijke; meestal iemand die met een zaklamp een oogje in het zeil hield.

Door de jaren heen is deze uitzondering uitgegroeid tot de Wet particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus van 1997. Deze wet bevat geen bevoegdheid voor particuliere beveiligers om politietaken uit te voeren, slechts om de “orde en rust” te bewaken op terreinen en in gebouwen. Daarvoor zijn goede redenen. De politie is, als uitvoerder van het geweldsmonopolie van de staat, belast met een aantal controlemechanismen en klachtenprocedures. Ook met die controle heeft de politie nog steeds te kampen met enorme problemen rond racisme en seksisme. Een particulier beveiligingsbedrijf, zonder enige democratische controle en puur functionerend op een winstoogmerk, mist zelfs de basale en onvolledige controlemechanismen van de politie. Het resultaat ziet men in de Efteling, waar enkele politieke stickers op een waterfles en een button genoeg waren om een groep mensen uit het park te zetten.

Dat is in het bijzonder gevaarlijk als het gaat om fundamentele grondrechten als demonstratierecht en vrijheid van meningsuiting. De politie staat bij openbare ordehandhaving onder het bevel van de burgemeester, die gecontroleerd kan worden door de gemeenteraad. Tevens wordt de politie getraind op het faciliteren van fundamentele grondrechten. Ook hier gaat de politie de fout in, blijkt uit recente rapporten van Amnesty. Het risico dat mensenrechten worden overtreden wordt alleen maar groter bij beveiligers die betaald worden door een organisator van een evenement, waar tegen de organisatie wordt gedemonstreerd. Dit was het geval bij de Amsterdamse Pride en de Leidse El Cid.

In feite zou de minister van Justitie en Veiligheid dit soort gedrag moeten bestraffen door de vergunning van de betreffende bedrijven in te trekken. Daartoe is echter geen enkele politieke wil. De huidige politieke tendens is juist om ‘ondernemers’ zo min mogelijk in de weg te liggen, zeker als dit de beleidsdoelen van het extreem-rechtse kabinet dient. Dit zien we ook elders: door heel Nederland maken particuliere “burgerwachten” zich straffeloos schuldig aan geweld tegen vluchtelingen, zonder dat daartegen wordt opgetreden. In tegenstelling tot vergunde beveiligingsbedrijven kunnen zij zich zelfs niet beroepen op de uitzondering uit de Wet op de Weerkorpsen, waardoor ze in feite strafbaar zijn. Toch treden OM en politie niet op tegen deze organisaties, deels omdat ze blij zijn met de vrijwillige assistentie en deels omdat het welzijn van vluchtelingen absoluut geen politieke prioriteit heeft. Daarnaast genieten een aantal “burgerwachten” zelfs steun uit de lokale middenstand.

Bovendien is “securitisation”, veiligheidsdenken, al jaren het sleutelwoord. Steeds meer zaken worden bekeken door een veiligheidslens, waarbij alle andere overwegingen moeten wijken. Niet voor niets is de “veiligheid van Joodse studenten” een stok geworden waarmee pro-Palestijnse demonstranten worden geslagen. Zodra het woord “veiligheid” valt, zijn mensen bereid om fundamentele grondrechten opzij te zetten, met als gevolg dat veiligheidsafdelingen binnen organisaties, zoals universiteiten en gemeenten, een steeds grotere vinger in de pap krijgen.

Het resultaat is dat fundamentele grondrechten, van privacy tot demonstratierecht, worden ingeperkt door particulieren. Dit, zonder dat er enige rechtsgang openstaat om die overtreding aan te vechten. Die inperking is geheel asymmetrisch: kapitaalkrachtige organisaties kunnen betalen voor particuliere beveiliging, en kunnen vervolgens keihard optreden tegen de grondrechten van groepen zonder veel politieke steun, zoals pro-Palestinademonstranten, klimaatdemonstranten en anti-fascisten. In de Efteling was de asymmetrie dubbel: Total Energies, die er een jubileum vierde, mochten natuurlijk ongestoord doorgaan. De fossiele industrie zou immers niet politiek zijn.

Internationaal kunnen we ook zien waar deze ontwikkelingen toe leiden. In Los Angeles werd in juli gedemonstreerd tegen een evenement van een makelaar van huizen in illegale Israëlische nederzettingen in de Westelijke Jordaanoever. Daar raakten pro-Palestinademonstranten slaags met pro-Israëlische tegendemonstranten, de politie, en ook het beveiligingsbedrijf Magen Am. Dat bedrijf, dat voornamelijk bestaat uit veteranen uit de Amerikaanse en Israëlische legers, rijdt geüniformeerd en gewapend door Los Angeles met patrouillewagens, en vormt in feite een private politiemacht. Magen Am maakt nu kans op een subsidie van 1 miljoen dollar van de gemeente om de “Joodse gemeenschap”, waaronder dus zionistische makelaars, te beschermen tegen demonstranten.

Dit is ook waar Nederland naartoe kan gaan: geüniformeerde, particuliere politiemachten die de “orde” handhaven voor hun betalende cliënten. Wat die “orde” is, wordt  ingevuld door het gevoel van beveiligers en hun “klanten”. Dat betekent dat hard zal worden opgetreden tegen demonstranten, hangjongeren, dakloze mensen en mensen van kleur (in navolging van de xenofobe, illegale “burgerwachten”). Foutgeparkeerde BMW’s, huisjesmelkers en ‘werkgevers’ die hun werkers onderbetalen, hebben van die particuliere politiestaat in ieder geval niets te vrezen.

Bo Salomons

(Dit artikel verscheen eerder op Joop.)