Overheid neemt geen verantwoordelijkheid voor oorlogsmisdaden in Indonesië
Op 9 december 1947 richtten Nederlandse militairen tijdens de koloniale oorlog tegen Indonesië in het dorp Rawagede op Java een gruwelijk bloedbad aan. Vrijwel alle mannelijke dorpsbewoners werden afgeslacht. Een aantal weduwen van vermoorde mannen begon in 2009 samen met het Comité Nederlandse Ereschulden een rechtszaak tegen de Nederlandse staat. Ze klaagden de staat aan en dienden ook een schadeclaim in. Pas na 62 jaar en dus veel te laat heeft de landsadvocaat namens de overheid erkend dat het indertijd ging om oorlogsmisdaden. Maar de schadeclaim wijst men af, omdat de misdaden zouden zijn verjaard.
Nederland heeft nooit officieel excuses aangeboden of compensatie betaald aan de nabestaanden. De vuile koloniale oorlog tegen het onafhankelijkheidsstreven van de Indonesiërs werd lange tijd zoveel mogelijk in de doofpot gestopt. Nu wordt toch nog schoorvoetend erkend dat men toen volkomen fout heeft gehandeld. Maar de overheid weigert de verantwoordelijkheid daarvoor te nemen en alsnog schadevergoedingen te betalen. Lafhartig verstopt men zich achter het argument van verjaring. Het is een grof schandaal dat de nabestaanden zo worden afgescheept.
Liesbeth Zegveld, de advocaat van de nabestaanden, vindt de houding van de Nederlandse staat teleurstellend en onbegrijpelijk. “De ernst van de misdrijven, de erkenning van de overheid dat deze strafbaar waren en de ernstige gevolgen voor de slachtoffers maken een beroep op verjaring onaanvaardbaar.” De advocaat wijst erop dat vorderingen van slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog wel nog steeds in behandeling worden genomen. Bovendien verjaren oorlogsmisdrijven strafrechtelijk niet. Voor de nabestaanden zijn de herinneringen aan de massamoord in elk geval niet verjaard. Die hebben ze immers sinds 1947 steeds als een zware last met zich mee moeten dragen.
Harry Westerink