Pim van der Heiden: “De wooncrisis is geen natuurramp, maar het gevolg van het beleid van drie kabinetten-Rutte”
Gistermiddag vond er in Den Haag een manifestatie tegen de wooncrisis plaats, in het kader van de internationale Housing Action Day. Aan de actie deden zo’n 30 mensen mee, onder wie ook activisten van #DenHaagvoor14. Een van de sprekers was Pim van der Heiden, die een praatje hield namens de Bond Precaire Woonvormen (BPW). Hieronder zijn integrale toespraak.
Hallo allemaal,
Ik ben Pim van der Heiden en ik spreek hier vandaag als mede-initiatiefnemer van BPW Den Haag, een van de lokale afdelingen van de landelijk actieve Bond Precaire Woonvormen.
Begin 2020 zijn we gestart met BPW Den Haag, omdat ook hier aan de lopende band mensen zonder vervangende woonruimte op straat worden gezet. Sindsdien zijn we onder meer al in actie gekomen in Moerwijk Oost, de Notenbuurt, Transvaal, de Rivierenbuurt en het Regentessekwartier, om huisuitzettingen te voorkomen. Door het vormen van een solidariteitsnetwerk rondom bewoners, het actief benaderen van de media en het zelf druk opbouwen via sociale media, lukt het bewoners – die geen kant uit kunnen – om niet op straat te belanden. Aan het begin van de coronapandemie werd al voorspeld dat de meest kwetsbare groepen in de samenleving het hardst door de hierop volgende crisis zouden worden getroffen, onder andere door het niet kunnen uitwijken naar vervangende woonruimte na het wegvallen van inkomsten. Er werd een intentieovereenkomst gesloten tussen overheid en brancheorganisaties, zodat niemand tijdens corona op straat zou belanden. Desondanks blijven huisuitzettingen onverminderd doorgang vinden. Bij de BPW, bestaande uit leden die voor elkaar in actie komen, blijven de aanmeldingen van mensen die in acute woningnood verkeren, zich alleen maar opstapelen. De wooncrisis is een onhoudbare toestand. Het Nederlandse woonbeleid is een fiasco.
Noodklok
En daarom manifesteren wij ons hier vandaag bij de Tweede Kamer, net als vele anderen in tientallen Europese steden, omdat radicale verandering nodig is. Die verandering kunnen we alleen bewerkstelligen door verschillende perspectieven en strategieën samen te brengen, zodat een gemeenschappelijk narratief tot stand kan komen, strevend naar woonzekerheid voor iedereen. In de eerste plaats dienen we ons te realiseren dat de wooncrisis ons niet zomaar is overkomen, als een natuurramp, zonder verantwoordelijke partijen aan te kunnen wijzen: dat er in Nederland met de dag meer mensen worden gedwongen om zich langdurig te schikken in tijdelijke, te dure en onzekere situaties, zonder uitzicht op stabiele woonruimte, is de verdienste van drie kabinetten-Rutte. Het Nederlandse woonbeleid is failliet. In 2019, toen het CBS met nieuwe dakloosheidscijfers naar buiten trad, luidden verschillende organisaties de noodklok. In Nederland zagen we in 10 jaar tijd een verdubbeling van het aantal daklozen (van 18.000 in 2009 naar ruim 40.000 in 2018). Het nog altijd rap stijgende aantal dakloze jongeren was zelfs verdrievoudigd. Laten we niet vergeten dat deze historische dakloosheid het gevolg is van politiek beleid.
Als wij het tij van deze wooncrisis willen keren, laat ons dan beginnen met het taboe rondom dakloosheid te doorbreken en onszelf niet langer als individuele slachtoffers te zien, maar als onderdeel van een uitgebuite klasse, die in potentie kan uitgroeien tot een weerbare beweging. Zoals alle sociale bewegingen uit het verleden ons leren, zullen we kracht moeten opbouwen van onderop om een klimaat te scheppen waarin reguliere arbeids- en huurcontracten weer de norm worden. Gelukkig is er hoop voor een einde aan dit onzekere tijdperk, waarin het recht op wonen ondergeschikt is geraakt aan de wensen en winsten van de allerrijksten. Er is zeker hoop, want er ontpopt zich een internationale beweging van groepen die strijden voor de herwaardering en de radicale acceptatie van het woonrecht als mensenrecht. Juist in deze tijd, waarin het in Nederland nog nooit zo makkelijk is geweest om op straat te belanden, begint het steeds meer mensen te dagen dat het niet normaal is om buiten je schuld te worden veroordeeld tot dakloosheid. Door samen met bewoners in actie te komen bouwt de Bond Precaire Woonvormen mee aan een bredere beweging voor woon- en bestaanszekerheid voor iedereen. Wij zijn ervan overtuigd dat we alleen door ons te organiseren en samen voor elkaar in actie te komen de grondwettelijke en verdragsrechtelijke bescherming van het recht op wonen opnieuw betekenis kunnen geven.
Zondebokken
De wooncrisis is van zo’n omvang dat niemand er nog omheen kan. En juist daarom nu – nu de media ons bijna dagelijks bellen, doorgaans op zoek naar ‘zielige verhalen’ – is het wat ons betreft de hoogste tijd om een nieuw verhaal naar de voorgrond te brengen. Niet meer van enkelingen die het alleen moeten opnemen tegen de grote machten boven hen- als kleine Davids tegen reusachtige Goliaths. Nee, we moeten eindelijk inzien dat dakloosheid of de dreiging daarvan geen individueel probleem is, maar een maatschappelijke misstand, die we alleen door ons lokaal te organiseren het hoofd kunnen bieden. En dat vergt moed, want de huur- en beheerbedrijven die nu nog zoveel macht over onze levens hebben, die zullen hun wurggreep op de precaire huurder niet gewillig matigen. Hun bedrijfsmodel is ervan afhankelijk. Over de ruggen van de tienduizenden woningzoekenden in Nederland worden miljoenen verdiend.
We leven in onzekere tijden. Tijden waarin uiterst rechtse krachten ons verdelen en feiten het vaak moeten ontgelden. Het zijn niet toevallig dezelfde populistische partijen die ook de klimaatcrisis, het racisme, maar ook de medische wetenschap ontkennen, die de wooncrisis niet erkennen als het gevolg van politiek beleid. Nee, vluchtelingen en migranten hebben het gedaan: “Zij zijn de oorzaak van de woningnood’’, fabuleren ze in tweets en pseudo-wetenschappelijke campagnefilmpjes. Mensen alsjeblieft, spreek je uit tegen desinformatie die er primair op is gericht om ons verder te verdelen. In oktober vorig jaar steunde ook de Haagse VVD, de grootste collegepartij in deze stad, een PVV-motie waarin staat dat de woningnood komt door ‘‘een enorme bevolkingsgroei van voornamelijk (kansarme) allochtonen’’. Het spreekt boekdelen dat de partij zich zo gemakkelijk laat meetronen in het aanwijzen van zondebokken – al helemaal als een partij die de wooncrisis in Nederland zelf heeft aangewakkerd, met tien jaar snoeihard neo-liberaal overheidsbeleid: door de verhuurdersheffing, als prikkel voor wooncorporaties om vastgoed naar de vrije markt over te hevelen; door wonen in toenemende mate te flexibiliseren – met een keur aan tijdelijke contracten en torenhoge huurprijzen voor een bezemkast als het zogenaamde “nieuwe normaal”. Wij weten: dat is niet normaal! Gewoon wonen, en kunnen blijven wonen waar je woont: dat is normaal! In de tijd van mijn ouders had je twee smaken: kopen of huren — in beide gevallen was je verzekerd van een dak boven je hoofd. Als huurder kon je niet zomaar op straat worden gezet. Woonzekerheid was toen nog de norm. Tegenwoordig bestaan er zoveel tinten grijs – van anti-kraak en tijdelijke contracten op basis van de Leegstandswet tot langdurige campingbewoning en van campuscontract tot short stay – dat we inmiddels kunnen spreken van een nieuwe precaire klasse; van een generatie die geen rechten opbouwt, opgroeiend zonder werk- en woonzekerheid. Dit terwijl over wonen in de Nederlandse grondwet uitdrukkelijk is vastgelegd dat voldoende en goede huisvesting de verantwoordelijkheid van de overheid is. Een stabiele woning staat aan de basis van een normaal bestaan. Vanuit een huis kunnen we denken aan studeren, werken, relaties aangaan; een gezin stichten; investeren in buurtcontacten; vrijwilligerswerk; meebouwen aan toffe projecten; onderdeel uitmaken van de lokale sportvereniging; etc.
Thuis voelen
Vandaag, op Housing Action Day, spreekt de precaire klasse zich uit; tegen hun uitbuiting door bedrijven die bij de gratie van de door hen zo begeerde schaarste nog iedere dag van de woningnood profiteren. De precairen spreken zich uit, voor hun recht op een menswaardig bestaan, wat begint met het terugeisen van woonzekerheid en zeggenschap over onze leefruimten. Die nieuwe klasse van precairen is in Nederland nog tot op het bot verdeeld. Velen weten niet waar ze het zoeken moeten of lijken verlamd door de greep van de bazen en beheerders, die ons verzekeren dat zij “helaas niets meer voor ons kunnen doen” en dat wij “het voor onszelf verpesten” als we zeggen ‘”genoeg is genoeg”; als wij ons recht op wonen opeisen; ons met buren organiseren om huisuitzettingen en onwettige huurverhogingen aan te vechten. Maar niets is minder waar, want natuurlijk heeft het zin om je te organiseren en tegen onrecht in verzet te komen. Een oplossing eisen is gewoon redelijk, in tegenstelling tot na iedere paar maanden weer gedwongen te worden om te verhuizen, naar weer een andere buurt of gemeente, waar je weer helemaal opnieuw moet beginnen. “Je wist waar je aan begon”, wordt anti-kraakhuurders toegesnauwd, alsof ze een keuze hadden en hun zekere dakloosheid daarom gerechtvaardigd is. We moeten af van het idee van “de woningmarkt”, waarop in zekere zin wordt gehandeld met een fundamenteel mensenrecht. Laten we het liever hebben over “de woningvoorraad”, waarvan in de tijd dat arbeiders zich organiseerden iedereen in Nederland een eerlijk deel toekwam. En we moeten af van het idee dat we kunnen blijven doorgaan met de ene bewoner voor de andere in te wisselen als dat de eigenaar zo uitkomt. Naast een “huis”, als een middel dat ons “behuist”, dienen woningen immers vooral als een “thuis”: als plek waar wij ons veilig en op ons gemak voelen. Volgens omgevingspsychologen vormt “thuis” de meest belangrijke plaats in ons leven en bevordert het onze fysieke en mentale gezondheid. Met andere woorden: bij een gebrek aan een thuisgevoel lopen we hoger risico op stress, met alle fysieke en mentale gevolgen van dien. De uitbreiding van de wettelijke mogelijkheden voor flexbewoning; oftewel, de beleidsmatige uitholling van het huurrecht, knaagt aan het universele recht om je in een huis thuis te kunnen voelen.
Daarom eist de Bond Precaire Woonvormen samen met bewoners woonzekerheid en zeggenschap over de ruimten die we bewonen, waarin we leven. Het is duidelijk dat we ook in dit land – waar we er ondanks de hoge welvaartsgraad niet in slagen om iedereen een goede woning te bieden – voor een gigantische uitdaging staan. Het is belangrijk dat we ons niet in de maling laten nemen door politici en sommige corporaties die flexwonen als het “nieuwe normaal” verkopen. Laten we ook de uitverkoop van de sociale woningvoorraad en het voorstellen van sociale huur als een vorm van noodopvang – alleen bedoeld voor de allerarmsten – niet normaliseren. Inzetten op een volkshuisvestingsbeleid met voldoende goede en betaalbare woningen voor iedereen die daar behoefte aan heeft: laat dát het “nieuwe normaal” worden!
Bedankt voor jullie aandacht.
Pim van der Heiden
Goede tekst en goede actie ook. Ik zou alleen wel kortere zinnen gebruiken. Dan komt de inhoud krachtiger over. Verder zou een dergelijk protest veel groter en massaler moeten. Een opkomst van 30 demonstranten is wel erg mager vind ik. Veel succes met de verdere acties!
Fijn dat je actie goed vindt en de tekst ook. Persoonlijk vind ik je reactie wat mager: meer dan klagen over de lengte van de zinnen en de lage opkomst doe je niet. Motiverender zou ik een reactie vinden waarin je voorstelt om volgende keer ook te komen of zelfs aanbiedt om mee te organiseren. Of wanneer je de redactie of BPW een sterk inhoudelijk stuk zou aanbieden (met naar believen kortere zinnen).
Goed artikel over een belangrijk onderwerp, Sinds de VVD aan de macht is met voorheen minister Krom is de ellende begonnen. Hij introduceerde het flex huren/tijdelijke wonen wat voor de meeste huurders een doffe ellende is! Als je geen huis hebt hoe moet je dan verder? Dat is toch wat lastig lijkt me! De huren gingen zonder discussie elk jaar omhoog en flink ook, Er is weinig tegen te doen. Ondanks de corona vond Ollongren het niet nodig om de huren te bevriezen.
Ook de verhuurdersheffing is geen goed idee denk ik voor de sociale woningverhuur, Geld dat goed gebruikt kan worden vooral de laatste tijd om woningen zelf te behouden. En het opknappen van de woningen, zijn ze nu kwijt aan de verhuurdersheffing (aan de Staat). Nu worden veel huizen verkocht aan de hoogste bieder, dan zijn ze er van af (geen duur onderhoud aan het pand), die er bijvoorbeeld weer studentenkamers in maakt. Een lucratieve manier voor de vastgoedhandel die denk ik genoeg in geld in kas heeft om heel wat oude woningen voor een prikkie op te kopen en te splitsen en er zo veel huur voor te vragen. Zo komen er steeds minder huurwoningen die betaalbaar zijn op de markt voor de sociale woninghuur.