Nederland maakte veel meer winst via slavenarbeid dan via slavenhandel
De Nederlandse handel in zwarte mensen was winstgevender dan tot nu toe veelal werd aangenomen. Dat blijkt uit onderzoek van historici Matthias van Rossum en Karwan Fatah-Black. De opbrengst van de mensenhandel in de zeventiende en achttiende eeuw lag volgens hen tussen de 63 en 79 miljoen gulden, tegenwoordig goed voor zo’n 700 miljoen euro. Volgens de anti-koloniale criticus Sandew Hira moet niet alleen de winst van de mensenhandelaren worden onderzocht, maar vooral ook het verlies voor de slachtoffers van deze misdaad.
Piet Emmer en Henk den Heijer, die door Hira worden gerekend tot de stroming van het wetenschappelijke kolonialisme, hadden de opbrengst van de mensenhandel eerder geschat op zo’n 23 miljoen gulden. Van Rossum en Fatah-Black komen uit op aanzienlijk hogere bedragen. Toch werd de grootste bijdrage aan de Europese economie niet geleverd vanuit de mensenhandel, maar vanuit de productie van de koloniën voor de markten in Europa, door middel van dwangarbeid van tot slaaf gemaakten op de plantages. De econoom Armand Zunder heeft in zijn onderzoek “Herstelbetalingen” bij benadering vastgesteld hoeveel kapitaal in de vorm van exportproducten, waaronder suiker, de kolonie Suriname verliet en Nederland verrijkte. In de periode van 1683 tot 1940 ging het omgerekend om een totaalbedrag van zo’n 125 miljard euro.
De mensenhandel was in geld uitgedrukt dus relatief marginaal, maar vormde wel het fundament voor de opbouw van het Nederlandse kolonialisme. Want mensenhandel maakte de grootschalige onbetaalde dwangarbeid van tot slaaf gemaakten mogelijk. Door die arbeid leverden ze tegen wil en dank en onder een regime van staatsterreur een enorme bijdrage aan de groei van de kapitalistische grootmacht Nederland. Ze stonden aan de wieg van de rijkdom die de Nederlandse elite in de koloniale tijd bij elkaar wist te graaien, maar bleven zelf met lege handen achter.
In een reactie op het onderzoek van Van Rossum en Fatah-Black verwijt Hira de wetenschappers dat ze een “rookgordijn” optrekken. Volgens hem moet niet het relatief geringe bedrag van 700 miljoen euro als opbrengst uit de mensenhandel centraal staan, maar het gigantische bedrag van 125 miljard euro dat koloniaal Nederland verdiende door de dwangarbeid van tot slaaf gemaakten en de handel in producten die door hun arbeid werden voortgebracht. Hira wijst er verder op dat men “in een evenwichtige benadering van de mensenhandel” altijd naar twee kanten moet kijken, namelijk naar de winst voor de slavenhalers en slavenhouders én naar het verlies voor de tot slaaf gemaakten. “Stel dat je een studie zou doen over de vraag hoe groot de winst was van de transportbedrijven die Joden vervoerden naar de werkkampen en gaskamers tijdens de Holocaust. Als blijkt dat de winst groter was dan tot nu toe werd aangenomen, dan kun je denken dat je een geweldige vondst hebt gedaan. Maar als je vervolgens in je vraagstelling betrekt: wat is het verlies tijdens de Holocaust, dan lijkt de hele exercitie van de berekening van de winst van de transportbedrijven volstrekt belachelijk.”
Harry Westerink
Ik ben het niet eens met de reactie van Hira. Ik heb het oorspronkelijke artikel niet zelf kunnen lezen (alleen het nieuwsbericht) maar de reactie komt erg vreemd over.
Ten eerste is het oneerlijk het onderzoek te bestempelen als ‘wetenschappelijk kolonialisme’, alleen omdat het zou ‘uitgaan van het perspectief van de kolonisator’. Voor zover ik weet was dit heel concreet, empirisch onderzoek naar de economische winst die met de slavenhandel werd gemaakt. Die winst kan worden onderzocht en uitgerekend, het is een objectief feit. Dat heeft niets met een ‘koloniaal perspectief’ te maken, maar lijkt mij juist hele nuttige informatie om het koloniale systeem te begrijpen.
Ik vind het ook niet vreemd dat er in een artikel met zo’n specifieke insteek niet wordt ingegaan op het lijden van de slachtoffers van de slavenhandel en het kolonialisme. De argumentatie over het ‘menselijk verlies’ van de slachtoffers dat zou moeten worden verrekend met de economische winst is absurd. Het punt is toch juist dat economische winst vaak samengaat met menselijk lijden, dat economische winst eigenlijk helemaal geen ‘winst’ is voor de meeste mensen. Het lijden maakt de winst niet kleiner, integendeel. Het gaat erom te begrijpen hoe een verschrikkelijk en onmenselijk systeem feitelijk heeft gewerkt.
Hira vindt ook dat de wetenschappers slaven niet ‘slaven’ moet noemen, maar mensen. Dat lijkt me lastig als je wil beschrijven hoe de slavernij werkte. Slaven werden inderdaad behandeld als handelswaar of dieren, niet als mensen. Waarom zou je dan een ander woord gebruiken?
Hira heeft blijkbaar een eigen perspectief dat hij ‘Decolonizing the Mind’ noemt. Prima, laat hem dat perspectief verdedigen, maar waarom bekritiseert hij dan een artikel dat gewoon een nuttige bijdrage levert aan de kritiek op het kolonialisme?
De vergelijking met de Holocaust op het einde is trouwens ook dubieus. De Fabel van de Illegaal heeft terecht kritiek geleverd op vergelijkingen tussen de onderdrukking van de Palestijnen en de Holocaust, ik vind dat een vergelijking met de slavernij ook niet gepast is. Het lijkt een goedkope manier om nog eens te benadrukken hoe verschrikkelijk de slavernij was, terwijl de discussie daar helemaal niet om gaat. Het blijven totaal verschillende historische gebeurtenissen. Een belangrijk verschil lijkt me ook dat de slavernij economisch zeer veel opleverde voor de koloniserende landen, terwijl de motivatie voor de Holocaust eerder ideologisch dan economisch was.
@Joel. Goede kritiek. Ik vind de vergelijkingen die Hira hier en elders met de Shoah maakt ook niet bijzonder zinvol en historisch logisch. Om de redenen die jij ook noemt.
Overigens geloof ik niet dat Hira de twee onderzoekers van wetenschappelijk kolonialisme beschuldigd, dat deel van dit stukje gaat over Emmer en Den Heijer.
Maar ik twijfel wel een beetje over Hira’s kritiek jegens het berekenen van de winsten van de slavenhandel. Ik zou zelf zeggen dat het de totale rekensom van de slavernijwinsten simpelweg nog wat hoger uitvalt. Het lijkt me goed te verdedigen om delen van die geschiedenis apart te onderzoeken en daar getallen bij te noemen.
Wat anders is het, denk ik, als je die andere winsten (slavenarbeid) weg zou moffelen, maar ik heb niet het idee dat de onderzoekers dat doen. (Ik heb hun onderzoek ook niet zelf gelezen). Dat de pers het oppakt als dat de totale winst van de slavernij 700 miljoen was, in plaats van 125 miljard (Zunder) kan je de onderzoekers nauwelijks aanrekenen.
Ik wil niet mierenneuken, maar Hira noemt de artikel een voorbeeld van wetenschappelijk kolonialisme in de titel van zijn reactie en ook onder het kopje ‘de vraagstelling’. Lijkt me echt over the top.
Je hebt gelijk, ik doelde op ons stukje hierboven.
Het is op zijn minst opmerkelijk dat Van Rossum en Fatah-Black de bevindingen van Zunder niet hebben meegenomen – zelfs niet om die te ontkrachten; Zunder’s onderzoek blijft onvermeld.
In hun reactie op Hira, zeggen Van Rossum en Fatah-Black dat het onderzoek van Zunder voor hun ‘niet van belang’ was. Ze geven daarmee aan dat ze hun onderzoeksblik beperkt hebben gehouden.
De vergelijking met de Jodentrein die Hira maakt moet volgens mij in abstracte zin worden beschouwd.
Hira maakt de vergelijking Jodentrein:Holocaust vs Slavenschip:Slavernij/Goedkope Arbeid
Het gewicht van de Jodentrein is net zo marginaal als dat van het slavenschip. Ofwel, een kosten-baten berekening van de Jodentrein is net zo marginaal als een kosten-baten berekening van het slavenschip.
De Jodentrein was geen doel, het was een middel. Het doel was Holocaust.
Zo ook: het slavenschip was geen doel, het was een middel. Het doel was slavernij/goedkope arbeid.
In wetenschappelijke literatuur wordt vaak een onderscheid gemaakt tussen slavenhandel en slavernij. Maar dat is misleidend. Slavernij kon heel goed zonder slavenhandel (na 1808 is de slavernij immers gewoon doorgegaan), maar slavenhandel kon niet zonder slavernij. Anders gezegd, de transatlantische slavernij was vraag-gestuurd. Bij een onderzoek naar de Nederlandse verdiensten in dit systeem, moeten de opbrengsten en verliezen in de West dus het uitgangspunt zijn.
Van Rossum en Fatah-Black nemen een marginaal onderdeel van het systeem en doen vervolgens overkomen – bedoeld of onbedoeld- alsof hun cijfers representatief zijn voor het totaal. Ze lopen daarmee in het spoor van Emmer.
Een dergelijk nauwe visie levert resultaten die alleen maar meer vragen oproepen. Bijvoorbeeld: als de Nederlandse winst werkelijk zo marginaal was als Van Rossum en Fatah-Black beweren, waarom zette men de handel dan voort?
Zoals Hira zegt, moeten ze vroeger dan wel krankzinnig zijn geweest: http://www.iisr.nl/download/HiraReactieDoorbraak.pdf
Ah, heel duidelijk uitgelegd Anouska. Ik snap het punt nu helemaal. Vergelijking met treintransport van joden door de nazi`s ergerde me (waar ook weer veel over te zeggen is) , maar nu is me helemaal duidelijk dat het gaat om de opbrengst vd slavernij als economisch systeem te benoemen. Dat lijkt me ook logisch.
Hira heeft inmiddels uitgebreid gereageerd op bovenstaande commentaren:
http://www.doorbraak.eu/?p=9863