Een schurk = een schurk = een schurk. Ook in Urk
Wat mij betreft mogen ze allemaal de plomp in, de beelden en de straatnaambordjes, het eerbetoon aan de ‘helden’ van de Neederlandse ‘handelsgeest’. Weg met de beelden van nationale trots! Voorhamers in de aanslag. Maar ach, wat is een held? Het is ook maar een mens, nietwaar? Of zoals een Urker zegt ter motivering van het plan om daar de straten van een hele nieuwbouwwijk te vernoemen naar boeventuig zoals J.P. Coen: “U en ik hebben ook foute dingen gedaan. Er is geen een mens goed, u niet en ik niet.” Waarom dan mensen op een voetstuk plaatsen als geen enkel mens goed is? Wel, nogal simpel: om de geschiedenis te mogen inkleuren, en dat eeuwenlang. Kijk, dat vind ik nou “drammerig”, om met Urker raadslid Willem Foppen te spreken. Die vindt namelijk dat mensen die nu eens een eind willen maken aan al die verheerlijking juist degenen zijn die drammen. Meneer Foppen kan er blijkbaar niet tegen dat zijn helden schurken zijn en dat hij daarmee wordt geconfronteerd. Alles moet vooral bij het oude blijven. Tot in de eeuwigheid willen mensen als hij bepalen wat we zien en vooral ook: wat niet. Dat, en niets anders is waar het aanwijzen van helden voor dient. Er moeten eenvoudigweg lieden, hoe barbaars ook, op een voetstuk worden geplaatst zodat we kunnen zeggen: dat is ons verhaal, onze trots. Hier is nog zo’n Urker parel van vaderlands kolonialisme: “Toen wij hoorden dat deze mensen kritiek kregen, hebben wij gezegd: dat mag niet gebeuren. Wij op Urk zijn een zeevarend volk, vandaar dat deze mensen ons bijzonder aanspreken.” En: “Zeehelden van vroeger, die hebben altijd een speciaal plekje natuurlijk”. En tot slot nog deze: “Nederland heeft veel te danken aan deze mensen.” Nou bedankt, maar toch niet bedankt. De blik van de Urkers is er nog altijd een van zeevaarders met oogkleppen op.
Joke Kaviaar in Een schurk = een schurk = een schurk. Ook in Urk (Jokekaviaar.nl)
Op ieder historisch figuur valt genoeg aan te merken, nu nog niet dan wel in de toekomst. Dus dan kunnen we geen enkel historisch figuur meer op de naambordjes plaatsen? Een naambordje wil toch niet aangeven dat we achter al hun daden staan… Het is slechts een straataanduiding (geen verheerlijking) net als ivoorkust. textielstraat of goudkust. Maar zulke namen mogen dan zeker ook niet meer, want hoeveel ellende heeft de ivoorhandel (dierenleed), textielindustrie (kinderuitbuiting) en gouddelving (milieu) wel niet teweeg gebracht.
Standbeelden en straatnamen zijn bedoeld om mensen te eren. Vandaar ook het gezegde “op een voetstuk plaatsen”.
In het geval van JP Coen kunnen we zeggen dat ie eeuwenlang geëerd werd door bepaalde nationalistische machthebbers en rijken juist vanwege de misdaden die hij beging (roven en moorden zodat zij er rijker van werden). Het zijn geen ‘neutrale’ straatnamen ofzo. Als dat wel zo was, waarom zijn er dan geen Hitlerstraten en Mengelepleinen? Als het toch alleen maar een neutrale aanduiding was? En waarom zijn er nauwelijks straten en pleinen genoemd naar mensen die zich verzetten tegen de koloniale misdaden van Coen en alle andere zeeschurken?
Met je voorbeeld van de textielstraat laat je alleen maar zien dat je het niet wilt begrijpen.
Met beelden en straatnamen van gewelddadige rechtse ‘helden’ heeft rechts altijd geprobeerd haar visie aan ons op te dringen, ons in ons dagelijks leven (op straat, op je brieven) te confronteren met het feit dat hun geweld ‘normaal’ is, dat we daar niet moeilijk over moeten doen. Het gevolg is dat mensen als jij dat zijn gaan geloven en de praktijken van die nationalisten op linkse sites gaan lopen verdedigen.
(” …het plan om daar de straten van een hele nieuwbouwwijk te vernoemen naar boeventuig zoals J.P. Coen:..”)
Zou ik zeggen, laat ze maar hun puik plan uitvoeren om alle straten in de nieuwbouwwijk naar J.P. Coen te gaan vernoemen en dan gaan we straks allemaal kijken hoe de navigatie van die zeevarende gasten ermee om zal gaan. Het zal zeker een leuke voorstelling worden – zoeken naar bepaald huis terwijl alle straten zeer trots steeds J.P. Coen heten.
Tja, Urkers en hun ultrarechtse fantaisieen.