Vijf feministische initiatieven in Azië en Europa

Een van de illustraties van Vertel het Mij, Zuster, ontworpen door Nazokat Davlatshoeva (met dank aan Elena Nazhmetdinova).

Feministische groepen in Europa en Azië verzetten zich hardnekkig tegen de afbraak van vrouwenrechten door extreem-rechts. De grote internationale media richten zich meestal op massademonstraties voor het recht van vrouwen op abortus en zien de ontluikende intersectionele feministische bewegingen over het hoofd, die zich eveneens inzetten voor vrije abortus en seksuele rechten voor vrouwen, maar dan in combinatie met andere mensenrechten. Dit artikel beschrijft lokale, complexe, feministische initiatieven in Italië, Polen, Azerbeidzjan, Kazachstan en Tadzjikistan.

Italië: trans feminisme tegen extreem-rechts

Hoewel abortus in Italië legaal is tot negentig dagen na het begin van de zwangerschap, is het in de praktijk vaak moeilijk om abortus te krijgen. In de Midden-Italiaanse regio Marche, waar sinds 2020 de extreem-rechtse partij Fratelli d’Italia (Broeders van Italië) van premier Giorgia Meloni de scepter zwaait, weigert zeventig procent van de gynaecologen op morele gronden zwangerschappen af te breken. Begin 2021 besloot het regionale bestuur van Marche het besluit van de landelijke overheid om gezondheidsklinieken toe te staan abortuspillen te verstrekken, te negeren. In reactie hierop richtten lokale trans feministische activisten Liberə Tuttə op, een intersectioneel collectief dat opkomt voor het recht op abortus en zelfbeschikking.

Liberə Tuttə, wat “iedereen is vrij” betekent in het Italiaans, is de eerste groep in de provincie Ascoli Piceno in het zuiden van Marche die gender en trans kwesties combineert met anti-fascisme en aandacht voor de speciale problemen van de arbeidersklasse. “We realiseerden ons dat er in ons gebied geen groepen zijn die op een intersectionele manier bezig zijn. Sommige hebben het wel over queer kwesties, maar zonder aandacht voor het sociale milieu of het beroep van de betrokkenen”, legt een activist van Liberə Tuttə uit.

De organisatie gebruikt de omgekeerde e, de “ə”, in haar naam, om duidelijk te maken dat zij geen genoegen neemt met het gewone taalgebruik. “We hebben inclusieve taal en meer omvattende woorden nodig, omdat we het over niet-binaire identiteiten willen hebben. Dat wil niet zeggen dat cis vrouwen voor ons niet van belang zijn. We praten over het recht op abortus voor vrouwen en zwangere mensen, we sluiten niemand uit.” De groep heeft zich aangesloten bij protestacties en campagnes die oproepen tot legale, veilige en gratis abortus voor iedereen.

Ondanks tegenwerking van de lokale autoriteiten lukte het Liberə Tuttə in 2021 om het eerste Pride-evenement in Piceno te organiseren, om weer wat ruimte terug te winnen voor lhbtqia+-mensen. Door middel van protesten en openbare manifestaties probeert de groep lokale gemeenschappen te betrekken bij trans feministische onderwerpen. Ook is zij actief in regionale en landelijke netwerken. “Anti-fascisme en trans feminisme vormen de kern van onze benadering.” De vijandige politieke situatie in Italië maakt deze strijd nog urgenter.

Liberə Tuttə-activisten sloten zich aan bij de wereldwijde trans feministische staking op Internationale Vrouwendag 2023.

Polen: aandacht voor vrouwen met een handicap

In Polen is sinds 2015 de extreem-rechtse Prawo i Sprawiedliwość (Wet & Rechtvaardigheid) partij aan de macht (tot eind 2023, toen de partij in de oppositie belandde, red.). Toen het Constitutionele Hof in 2020 abortus bijna volledig verbood, waren er massale demonstraties. Het linkse collectief Artykuł 6 ondersteunt deze strijd voor het recht op abortus van harte. Toch is dit geen doorsnee feministische groep, maar een die bestaat uit vrouwen met een handicap en hun ondersteuners, zoals academici en activisten die strijden tegen de onzichtbaarheid van vrouwen met een beperking en tegen de manier waarop media en overheid over hen spreken.

De naam van de groep verwijst naar artikel 6 van het VN Verdrag inzake de Rechten van Personen met een Handicap, dat staten oproept te erkennen dat vrouwen en meisjes met een beperking het slachtoffer zijn van dubbele discriminatie en om maatregelen te nemen voor hun “volledige ontwikkeling, vooruitgang en zelfbeschikkingsrecht”. Ook wat het recht op abortus betreft, benadrukt de groep de onafhankelijkheid van de gehandicapte vrouwen.

Leden van het collectief zijn actief op meerdere fronten: ze organiseren evenementen, geven les en werken in andere maatschappelijke organisaties. In 2019 organiseerden ze het eerste Poolse congres van vrouwen met een handicap, onder de titel “Niets over ons zonder ons”. Ook nemen zij deel aan onderzoeksprojecten over de beschikbaarheid van gynaecologische zorg en toegang tot abortus voor vrouwen met een handicap. Magdalena Kocejko van Artykuł 6 vat het effect van hun organisatie zo samen: “Ik heb het gevoel dat door onze aanwezigheid alleen al een deel van de feministische beweging de specifieke behoeften van vrouwen met een handicap begint te begrijpen.”

Artykuł 6 weigert het hebben van een handicap te framen in medische en liefdadigheidstermen (Foto: Magdalena Kocejko)

Azerbeidzjan: feministische vrede in plaats van militarisme

Vrouwelijke mensenrechtenverdedigers in Azerbeidzjan zijn vaak het slachtoffer van lastercampagnes van de autoriteiten, en bevinden zich in een kwetsbare positie door de beperking van de burgerrechten tijdens de al bijna twintig jaar durende dictatuur van president Ilham Aliyev. Toch ontstond er in 2020 het Feministisch Vredes Collectief, een onafhankelijke basisgroep. De organisatie stond nog in de kinderschoenen, toen de tweede Nagorno-Karabakh Oorlog de toch al broze hoop op vrede in de regio de grond in boorde.

Mede-oprichtster Lala Darchinova herinnert zich dat in die tijd “zelfs mensen uit vredesgroepen opriepen tot oorlog”. Ze gelooft dat dit kwam doordat dergelijke groepen in Azerbeidzjan afhankelijk waren van subsidies van internationale donoren, die pleiten voor de deelname van vrouwen aan vredesprocessen, of ze nu een progressieve visie hebben op hoe met het conflict om te gaan of niet. “De oorlog heeft ons ertoe aangezet om ons activisme te richten op een feministische vrede, dat wil zeggen dat we zowel duidelijke standpunten hebben over een politieke oplossing van het conflict als over vrouwenrechten.”

Het Feministisch Vredes Collectief is een links initiatief dat pleit voor demilitarisering, sociale rechtvaardigheid, vredesopbouw vanuit de basis en collectief verzet tegen dictatuur en neo-liberalisme. Door middel van kunstwerken en gedegen artikelen en mooie verhalen in het Azerbeidzjaans die patriarchaal geweld aan de kaak stellen, maakt de groep gewone mensen en specialisten vertrouwd met een feministische visie. In de verhalen over vrede en conflictoplossing toont het collectief hoe zwaar de dagelijkse last van oorlog op het leven van de mensen drukt, om zo een tegenwicht te bieden aan de stoere nationalistische redeneringen.

Het collectief heeft al een kleine groep Azerbeidzjaanse feministische onderzoekers, activisten en illustratoren bijeen gebracht, en breidt ondertussen het netwerk uit. Darchinova: “We willen niet alleen meer contacten in Azerbeidzjan, maar zoeken ook in het buitenland organisaties van Armeniërs en Georgiërs om samen een sterke anti-oorlogsbeweging op te bouwen, een ware verzetsgroep.”

Gegenderde onderhandelingsprocessen bij het Nagorno-Karabakh conflict. Geïllustreerd door Lili Nazarov (met dank aan het Feministisch Vredes Collectief)

Kazachstan: tienerzwangerschap is “niet schandelijk”

In Kazachstan neemt het conservatisme toe. In 2017 schrapte de regering huiselijk geweld uit het wetboek van strafrecht, zogenaamd omdat het effectiever zou zijn om dit in een aparte wet onder te brengen. Maar veel activisten wijzen er op dat de ontwerpwet, die nu eindelijk bij het parlement ligt, vrouwen lang niet voldoende beschermt tegen misbruik. Kazachstan heeft weinig projecten die slachtoffers van huiselijk geweld helpen en voor de onderliggende oorzaken is er al helemaal geen aandacht. UyatEmes.kz is een feministische basisgroep die dit probleem te lijf gaat via een online platform over puberteit en seksualiteit voor tieners en hun ouders. Karlygash Kabatova, de oprichtster van het platform, legt uit dat Uyat Emes “niet schandelijk” betekent in het Kazachstaans. Het idee voor een organisatie rond een website kwam bij haar op in 2017, toen ze krantenkoppen zag over tienermeisjes die zwanger raakten en hun pasgeborenen in de steek lieten.

Samen met een collega ging Kabatova op onderzoek uit en ontdekte dat scholen geen seksuele voorlichting geven en dat veel jongeren in Kazachstan niet op de hoogte zijn van anticonceptie. Hoewel er wel websites over dit onderwerp zijn, is de informatie die zij geven lang niet altijd betrouwbaar. Tijdens gesprekken met jongeren hoorden ze dat sommige meisjes dachten dat ze doodgingen toen ze voor het eerst ongesteld werden, terwijl jongens zeiden dat ze niets wisten van natte dromen. Ouders praten met hun kinderen zelden over seks en reproductieve gezondheid. Kabatova: “Als ik toen op Instagram rondkeek, vond ik alleen accounts voor jonge vrouwen of jonge moeders, die het moederschap prezen en recepten deelden. Maar problemen van jonge vrouwen, bijvoorbeeld met betrekking tot hun seksuele leven, kwamen niet aan bod.”

In Kazachstan worden meisjes die op jonge leeftijd zwanger raken met de nek aangekeken. “Dan moet het meisje trouwen met de betreffende man en de hele familie misbruikt haar, omdat ze haar niet respecteren.” Om dit tegen te gaan geeft Uyat Emes voorlichting over reproductieve gezondheid in eenvoudige, prettige taal. Ouders krijgen ook advies over hoe ze met hun kinderen over seksualiteit kunnen praten. “Het gaat niet in de eerste plaats over seks,” zegt Kabatova, “maar vooral over gezonde relaties en hoe ons voortplantingssysteem werkt.”

Kamila Tuyakbayeva, Karlygash Kabatova en Makhabbat Boranbay van UyatEmes.kz. (Foto: Karlygash Kabatova)

Tadzjikistan: feministische solidariteit tegen slachtofferschap

Huiselijk geweld komt veel voor in Tadzjikistan. Internationale donoren – van wie het land afhankelijk is – organiseren juridische en psychologische hulp voor vrouwen op het platteland en er bestaat microfinanciering om de economische onafhankelijkheid van vrouwen te bevorderen. Maar over het ‘normale’ geweld tegen vrouwen heeft niemand het. Daarom richtten de twee vriendinnen Elena Nazhmetdinova en Farzona Saidzoda in 2020 Vertel het Mij, Zuster op, een Instagram-pagina die Tadzjiekse stadsmeiden, vaak actieve gebruikers van sociale media, aanmoedigt om hun ervaringen met fysieke en verbale intimidatie anoniem te delen.

Het belangrijkste doel van Vertel het Mij, Zuster is een veilige ruimte te scheppen voor vrouwen om over hun ervaringen te praten en om de gewoonte te bestrijden de slachtoffers de schuld in de schoenen te schuiven. Nazhmetdinova: “Het eerste dat mensen tegen je zeggen is dat je zelf schuldig bent, omdat je vast een kort rokje droeg, of omdat je waarschijnlijk in het donker over straat liep.”

Het tweede doel is om mensen bewust te maken van de schaal waarop vrouwen worden lastiggevallen. De posts zijn een online manifest tegen iedereen die beweert dat intimidatie van vrouwen niet voorkomt in Tadzjikistan, of in ieder geval niet wijdverspreid is. De getuigenissen brengen een duidelijke boodschap over: ja, intimidatie van vrouwen bestaat wel, en het is omvangrijker dan je zou denken. Binnen twee dagen na de lancering van Vertel het Mij, Zuster hadden bijna tweehonderd vrouwen hun ervaringen beschreven.

Overigens is de Instagram-pagina niet bedoeld voor ruzie en debat, maar om vrouwen de gelegenheid te geven elkaar te steunen en samen te helen. Nazhmetdinova laat geen hatelijke commentaren door, zodat vrouwen die de moed hebben gevonden om hun ervaringen te delen ze niet onder ogen krijgen. Ze is stellig over het beleid: “Wij willen vrouwen steunen. Als je slachtoffers de schuld wilt geven, ben je aan het verkeerde adres.”

Laura Luciani en Karolina Kluczewska

Het oorspronkelijke artikel “Five ‘hidden’ feminist initiatives in Europe and Eurasia” verscheen in april 2023 in OpenDemocracy. Vertaling en bewerking: Jan Paul Smit. De beide schrijfsters zijn als onderzoeksters verbonden aan de universiteit van Gent.