Vluchtelingen Op Straat: “We moeten sterk zijn en geloven dat we kunnen winnen”

Protest van Vluchtelingen Op Straat in Den Haag

Na twee succesvolle demonstraties in Utrecht en Den Haag en een drukbezochte bijeenkomst in Nijmegen lijkt de zelforganisatie Vluchtelingen Op Straat (VOS) goed op gang te zijn gekomen. VOS toont in deze barre rechtse tijden heel wat moed door openlijk de straat op te gaan en zich uit te spreken voor toegang tot sociale voorzieningen. Doorbraak sprak in Utrecht met de bevlogen Yasin, Mohamed en Jonas, drie kartrekkers van VOS die als dakloze vluchtelingen persoonlijk zijn betrokken bij de strijd tegen de sociale en bestuurlijke apartheid.

“Je hebt een plek nodig waar je naar toe kan gaan, waar je niet bang hoeft te zijn. Maar de overheid heeft alle deuren voor ons gesloten. Er is voor jullie nog maar een manier, zeggen ze, en dat is teruggaan. Ze geven geen alternatief.” Aan het woord is Yasin, een 29-jarige vluchteling uit Somalië. “Het beleid wordt steeds slechter. Ik kwam hier in 2009, toen was het nog wat minder erg dan nu. Ik ben niet gevlucht omdat ik een lekker leven wilde hebben, of op vakantie wilde gaan. Ik kwam hier om te overleven. Ik mis mijn land, mijn familie, mijn vrouw en kinderen. De IND-ambtenaar die besloot om mijn asielverhaal niet te geloven, heeft mijn leven verwoest. Ik kan niet naar een ander EU-land gaan om daar asiel te vragen. Zo is het beleid.” Yasin is nu 7 maanden uitgeprocedeerd en daardoor ook 7 maanden dakloos. Jonas uit Eritrea kwam al in 2001 naar Nederland. Als hij hier drie weken eerder was aangekomen, dan had hij verblijfsrecht via de pardonregeling van 2007 kunnen krijgen. Nu staat hij op straat en heeft hij niets.

Facebook

Afgewezen vluchtelingen hebben volgens de regels geen recht op onderdak. Sommigen onder hen hebben nog steeds rechtmatig verblijf, omdat ze hun nieuwe asielaanvraag in Nederland mogen afwachten. Maar toch worden ze niet opgevangen door de rijksoverheid. Sinds de pardonregeling moeten alle gemeentelijke noodopvangen worden gesloten. En de daklozenopvangen worden bedreigd met het stopzetten van de subsidie, als ze mensen zonder papieren onderdak geven. Toen in de zomer van 2011 de Utrechtse daklozenopvang geen vluchtelingen meer wilde binnenlaten, besloot een aantal vluchtelingen hun krachten te bundelen door VOS op te richten.

“Ik ging met Margreet van steunorganisatie STIL praten. Ik vertelde haar dat ik in Utrecht een demonstratie wilde organiseren. Wanneer dan, vroeg ze me. Hoe lang duurt het om het bij de gemeente aan te vragen, wilde ik weten. 48 uur, wist Margreet. Daarop zei ik: Dan doen we de demonstratie komende donderdag”, zo legt Yasin uit hoe de demonstratie in juli tot stand kwam. Binnen drie dagen wisten zo’n 10 vluchtelingen zonder papieren ongeveer 150 anderen op de been te krijgen. Ruim twee maanden later kwamen er in Den Haag zelfs zo’n 500 vluchtelingen demonstreren. “Steunorganisatie GAST uit Nijmegen was verbaasd dat we zoveel mensen bijeen wisten te brengen. GAST bestaat al lang, maar heeft het altijd heel lastig gevonden om vluchtelingen te organiseren in een groep. Maar ik ken zelf wel zo’n 200 Somaliërs, en de anderen kennen weer andere vluchtelingen. We zijn een organisatie met veel nationaliteiten. Iedereen kan tijd vinden om mensen te bellen en te motiveren om mee te doen. En we zijn vaak op bezoek geweest bij asielzoekerscentra. Ook hebben we onze persberichten en aankondigingen naar een heleboel organisaties gestuurd, en hebben we posters geplakt. We hebben een weblog en we zitten op Facebook en Twitter. Daar zijn we erg actief. We hebben inmiddels bijna duizend Facebook-vrienden. Veel vluchtelingen blijken ons via internet te hebben gevonden.”

“Het is hard werken”, zegt Mohamed. Hij houdt het weblog up to date met berichten die verschijnen over VOS en die voor de zelforganisatie van belang zijn. “Maar we krijgen wel steeds meer ervaring en steeds meer contacten.” Veel vluchtelingen zonder papieren zijn echter bang om te gaan demonstreren en zo in de openbaarheid te treden. “Toen ik nog in het asielzoekerscentrum zat, was ik ook bang”, zegt Yasin. “Ze maken de vluchtelingen wijs dat het verkeerd is om zich te organiseren. Maar je moet niet te veel angst hebben. Als ik nu langs ga bij zo’n centrum, dan zeg ik: Jij bent niet beter dan ik. Jij bent de volgende die op straat komt te staan. Wij zijn hetzelfde. Maar het is aan jou om je erbij neer te leggen of ertegen te vechten. Wil je soms in deze situatie blijven?” Voordat hij naar Nederland vluchtte, had hij nog nooit gedemonstreerd. “Ik was niet politiek actief. Maar nu sta ik al 7 maanden op straat, en ben ik al 7 maanden aan het vechten.”

Actienetwerk

Yasin, Jonas en Mohamed spreken zelf goed Engels, maar voor veel vluchtelingen is het moeilijk om in het Nederlands of het Engels te communiceren. Ook hebben ze heel weinig informatie over hun positie. Ze moeten dus iemand hebben die hen uitlegt wat er aan de hand is, en die ook hun wensen en eisen kan overbrengen. VOS probeert de stem van de vluchtelingen te zijn. “We moeten ons laten horen. We zoeken een oplossing voor alle vluchtelingen, niet alleen uit Utrecht. Het is onze plicht om te strijden voor iedereen. Ik heb de behoefte om mijn eigen leven te verbeteren, om me te ontwikkelen, om te studeren. Maar ik heb ook de plicht om voor anderen op te komen.”

Maar Yasin erkent dat er soms een spanning is tussen het individuele leven van een vluchteling en de collectieve strijd van groepen vluchtelingen. “Soms zegt iemand tegen me: Ik heb honger, ik ga dood. Ik zeg dan: Ik begrijp het, ik zit in dezelfde situatie. Maar ik kan je hiermee nu niet helpen. We moeten bedenken wat we eraan gaan doen. We moeten sterk zijn en geloven dat we kunnen winnen. Dat is de enige manier. We hebben geen andere opties. Wij zijn niet degenen die beslissen. Die machthebbers wonen in een luxueus huis, met veel ruimte en rust. Maar misschien kunnen we wel wat veranderen. We moeten demonstreren, demonstreren, demonstreren. Totdat ze niet meer om ons heen kunnen. Ze willen niet de hele tijd hongerige mensen op straat zien.” VOS zou graag zien dat vluchtelingen overal in het land groepen oprichten die samen kunnen leiden tot een stevig actienetwerk. Ook zoekt de zelforganisatie contact met steungroepen en andere sympathisanten. Hoe groter het draagvlak wordt, hoe sterker de vluchtelingen staan in hun strijd.

Na de demonstratie in Den Haag kreeg een aantal kennissen van de VOS-activisten een verblijfsvergunning.  Andere vluchtelingen in asielzoekerscentra kregen daardoor de hoop dat de actie vruchten had afgeworpen. “Jullie zijn goed bezig”, kreeg VOS te horen. Maar de zelforganisatie blijft uitermate realistisch. Yasin: “De overheid trekt zijn eigen plan. Met één demonstratie verander je dat niet. Maar één demonstratie is beter dan geen enkele. We moeten in beweging blijven. Door samen te vechten krijgen we meer contacten en kunnen we groeien. We verwachten niet op de korte termijn een oplossing. We moeten doorgaan.”

Wil je contact met VOS? Mail: vluchtelingenopstraat@gmail.com, of Facebook. Wil je VOS financieel steunen? Maak geld over naar rekeningnummer 5756118 t.n.v. Stichting Lauw-Recht te Utrecht o.v.v. “Vluchtelingen Op Straat”.

Harry Westerink
Mariët van Bommel