Volgens de Bijstandsbond helpt bijverdienen in bijstand niks
De Bijstandsbond zet vraagtekens bij de gevolgen van de bijverdienproef voor de arbeidsmarkt. Het experiment maakt meer bijstandsgerechtigden beschikbaar voor kleine bijbaantjes, waardoor werkgevers kunnen putten uit een groter aanbod van goedkope, flexibele arbeidskrachten. Dat de arbeidsmarkt meer en meer om tijdelijke, matig betaalde deeltijdbanen draait, is toch al een grote zorg voor de belangenorganisatie. Als voorbeeld verwijst Van der Lende naar oproepkrachten die ongeveer 20 uur per week werk hebben, terwijl wel van hen wordt verlangd dat ze de hele week beschikbaar zijn. “Je kunt er dus geen andere deeltijdbaan bij nemen.” Dat werkgevers meer goedkope arbeidskrachten aanboren, ziet de Bijstandsbond ook op andere plekken waar bijstandsgerechtigden werken met behoud van hun uitkering. Dit soort effecten op de arbeidsmarkt zouden een rol moeten spelen bij de evaluatie van de proef, vindt Van der Lende. Hoe dan ook acht de Bijstandsbond de kans niet erg groot dat bijstandsgerechtigden vanuit zulke flexibele deeltijdbaantjes vast werk vinden, terwijl dat wel de gedachte was achter de bijstandsproef.
Bart van Zoelen in Volgens de Bijstandsbond helpt bijverdienen in bijstand niks (Parool)