Wij studenten blijven protesteren totdat de rectoren naar ons luisteren
Op 7 juni was er ineens antwoord. In Trouw schreven alle 15 rectoren van Nederlandse universiteiten dat zij de banden niet zullen verbreken omdat ze het belangrijker vinden om “kritische Israëlische wetenschappers niet te isoleren”. Wie die kritische stemmen zijn, blijft in het stuk onduidelijk, en wat zij kunnen betekenen voor de miljoenen Palestijnen die hun leven niet zeker zijn ook. Dat deze zo gekoesterde kritische stemmen overigens hard onderdrukt worden door de instellingen waarmee men wil blijven samenwerken, kaarten de rectoren niet aan. Het stuk van 7 juni heeft ook de mond vol over hoe onze acties voorbijgaan aan “het aangaan van het open, academisch gesprek en debat”. Dat we dat gesprek al jaren aanwakkeren, maar onze bestuurders er niet aan deelnemen, blijft onbenoemd. Ook onbenoemd blijft het niet geringe aantal bijeenkomsten die door universiteitsbesturen zelf om wat voor reden dan ook zijn afgelast of van de campus geweerd, bijvoorbeeld op de Vrije Universiteit, Universiteit Leiden en de TU Delft. We gingen over op het organiseren van kampementen en bezettingen, omdat onze besturen het academische gesprek wat we al jaren verzorgen negeerden of nagenoeg onmogelijk maakten. Dat sommige universiteitsbesturen hierop met extreem politiegeweld reageerden of de kampeerders op hun campus min of meer volkomen negeerden, laten de rectoren voor het gemak buiten beschouwing in hun opiniestuk.
Itaï van de Wal, Rania Ali en Ties van den Bogaard namens 14 studentenprotestorganisaties voor Palestina. (Dit opiniestuk is tot stand gekomen in overleg tussen de vertegenwoordigers van studentenkampementen en -bezettingen in Tilburg, Leiden, Amsterdam, Wageningen, Groningen, Eindhoven, Nijmegen, Utrecht, Maastricht, Rotterdam, Enschede, Delft en Middelburg) in Wij studenten blijven protesteren totdat de rectoren naar ons luisteren (Trouw.nl)