Zo beleefden wij dit jaar de Dag van de Arbeid

Palestijns blok op de FNV-demonstratie.

Gisteren werd in diverse steden in Nederland de Dag van de Arbeid op straat gevierd. Op vier plekken was Doorbraak daarbij. Hier onze indrukken.

In Amsterdam deden we mee aan de FNV-demonstratie met een klein klimaatblokje, vooral om de komende “Beter OV”-campagne waar wij aan meedoen, alvast wat te promoten. Het blok bestond uit pakweg 15 mensen. We deelden flyers uit en riepen ook op voor de landelijke klimaatmars van 31 mei. Daar werd over het algemeen positief op gereageerd, hoewel er ook mensen waren die klimaatactivisme maar onzin vonden. Er waren diverse strijdbare Palestina-blokken, waarmee een luid signaal werd gegeven richting de vakbondsleiding dat er actie moet komen tegen de genocide. Mooie bijkomstigheid was dat de Palestina-blokken de demonstratie meteen een wat jonger en diverser karakter gaven. Vakbondsleden die zichtbaar mee gingen doen aan die blokken, werden overigens niet overal welkom ontvangen. Bijvoorbeeld bij een van de bussen die leden gratis naar de hoofdstad vervoerden, werd hen te verstaan gegeven dat ze op de terugweg niet welkom zouden zijn als ze “herrie zouden schoppen”.

Kopspandoek met “Nederland verdient beter”.

Het is belangrijk dat er ook radicaal-linkse activisten actief zijn bij de grote vakbonden en hun protesten, maar het is regelmatig wel even slikken. Zoals bij het zien van het kopspandoek met de steeds terugkerende ambivalente leus “Nederland verdient beter”. Beter dan wie? Beter dan nu? Maar het valt ook te lezen als de constatering van een feit, namelijk dat het inmiddels beter gaat. En hoezo die nadruk op Nederland? Op nationale grenzen? Juist op de Internationale Dag van de Arbeid zouden we moeten opkomen voor de arbeiders aller landen, zoals dat vroeger heette.

Klimaatblok voor aanvang.

En over het arbeidsethos dat eruit spreekt: “Even een snelle herinnering: de dag van de arbeid is eigenlijk geen dag om de arbeid te vieren, maar eerder een viering van de strijd tegen de arbeid. Het begon allemaal met de strijd voor een achturige werkdag en als de oude rotten van de radicale arbeidersbeweging vandaag de dag nog zouden leven, dan zouden ze je vertellen dat dat nog maar het begin was”, aldus Mathijs van de Sande, die sprak op de viering in Nijmegen.

Bij het maken van ons spandoek. Zo kun je het wat beter zien.

Utrecht

In Utrecht waren zo’n 100 mensen aanwezig bij de strijdbare 1 mei-manifestatie in park Lepelenburg, dat verder was afgeladen met jongeren die van het mooie weer genoten en die vast wel wat hebben meegekregen van de leuzen die er werden geroepen. Er waren drie sterke toespraken van leden van Casual Utrecht en Zero Point Seven (waarvan we er hieronder een overnemen), en net als twee jaar geleden een dappere speech namens Sex Workers Against Violence & Exploitation (SAVE).

Deelnemers aan de Utrechtse manifestatie.

De viering was georganiseerd door MayDay Utrecht in samenwerking met vijf andere organisaties, waarvan maar liefst drie van maoïstische signatuur. Dat was ook de reden dat we deze manifestatie niet hadden aangekondigd op onze website. Een handjevol leden van één van die drie, het nieuwe Communistisch Comité van Nederland, naar eigen zeggen een “marxistisch-leninistisch-maoistische organisatie”, was nadrukkelijk aanwezig met vlaggen. Vanaf het podium gezien stonden ze aan de rechterzijde, de anarchisten zaten links in het gras. Een van de leden van het comité hield ook een toespraak. We staan op de schouders van giganten, waaronder Mao Zedong, wist die te melden. Op hun website lezen we dat ook Stalin en “kameraad Gonzalo” tot hun helden behoren.

Nieuwe loot aan de autoritair-linkse tak.

Op 11 september publiceerden ze een artikel waarmee ze een “nederig eerbetoon wilden brengen aan de bijdragen en nalatenschap van kameraad Gonzalo”, die “in staat was het marxisme-leninisme-maoïsme te synthetiseren als een derde en hogere fase van het wetenschappelijk socialisme, de revolutionaire ideologie van het proletariaat.” Het Communistisch Comité van Nederland “erkent de PCP, aangesloten bij de Internationale Communistische Liga (ICL), als de enige echte voortzetter van Gonzalo’s politieke lijn. Het verwerpt de verschillende organisaties die beweren de wil van Gonzalo en vroegere revolutionaire martelaren te erven, terwijl ze in feite contrarevolutionair banditisme plegen of de Peruaanse regering gunstig stemmen – deze acties resulteren in feite in een en hetzelfde, namelijk de volledige liquidatie van de Volksoorlog en de voorhoedeorganisatie die deze Volksoorlog leidt, de PCP.”

Vlag van het CCN met drie sterren. Vermoedelijk staan die voor Marx, Lenin en Mao.

Gonzalo was de absolute leider van het extreem gewelddadige maoïstische Sendero Luminoso (Lichtend Pad) dat al lange tijd dood en verderf zaait in Peru, en daarbij het vizier met name ook richt op linkse activisten, vakbondsleden en feministen (in hun jargon “contrarevolutionaire bandieten”) die zich weigeren neer te leggen bij het leiderschap van deze hiërarchische sekte (in hun jargon “voorhoedeorganisatie”). Een van hun vele slachtoffers was de onafhankelijke feministe Moyano. Een van de inspiratiebronnen van het Lichtend Pad is de Rode Khmer, de beweging die in de tweede helft van de jaren zeventig in Cambodja een genocide pleegde.

CNN-stalinist mocht ook een speech houden.

De andere twee maoïstische clubjes die mee organiseerden, zijn frontorganisaties van het Filippijnse National Democratic Front (NDF). Ook vorig jaar waren die van de partij. Maar genoeg over de autoritaire stromingen, die uiteindelijk gelukkig maar erg marginaal zijn in Nederland. Hier de krachtige speech van Marty van Casual Utrecht (door ons vertaald uit het Engels).

Marty en de andere sprekers van Casual Utrecht en Zero Point Seven

Marty:

Ik ben promovendus aan de Universiteit Utrecht en vandaag werd ik gevraagd om mijn collega’s toe te spreken. Ik heb dus een boodschap voor mijn collega-academici. Er bestaat een vreemd idee onder academici: om een goede intellectueel te zijn, moet je politiek neutraal blijven. Onafhankelijk. Ik wil je wat vragen: hoe onderdruk je je emoties bij het vreselijke geweld dat in Gaza plaatsvindt? Hoe blijf je met cijfers praten als je leerlingen in heel Nederland worden bedrogen, van hun rechten worden beroofd, in elkaar worden geslagen?

Als academici hebben we de macht om de werkelijkheid te herscheppen met het simpele gebruik van woorden. Of we wat er in Gaza gebeurt nu als “conflict” of als “genocide” bestempelen, het kan bepalend zijn voor hoe het wereldwijd wordt waargenomen. Dit vermogen om verhalen vorm te geven met onze woorden is een vorm van macht. En toch wordt ons niet gevraagd om verantwoordelijkheid te nemen voor wat onze woorden met de werkelijkheid doen. Dat moeten we veranderen!

Veel te veel van ons kiezen voor stilte. Onze terughoudendheid om ons uit te spreken bestendigt de normalisering van onrechtvaardigheid en schermt machthebbers af van aansprakelijkheid. Ik hoor ons zeggen dat we niet genoeg weten om een standpunt in te nemen tegen Israëls bezetting van Palestina. Hoe is dat mogelijk? We zijn opgeleid om de meest complexe aspecten van de werkelijkheid te begrijpen. We moeten niet weigeren om ons uiteen te zetten met iets dat zo duidelijk onrechtvaardig is als de moord op 40.000 mensen en de 75 jaar durende illegale bezetting. Als academici moeten we de ongemakkelijke waarheden onder ogen zien. Vooral als dat betekent dat we juist die systemen moeten uitdagen die ons privileges en invloed geven. Dat is een goed gebruik van onze macht.

Maar waar waren we toen onze studenten moedig een bestuursvergadering van de Universiteit Utrecht verstoorden om Gaza te steunen? We hadden de kans om hen bij te staan, steun en bescherming te bieden, toen ze bedreigingen en agressie te verduren kregen. Als academici moeten we betrokken raken. Dat is een goed gebruik van onze macht. Zoals verschillende docenten deden tijdens de Dies Natalis van de Universiteit Utrecht dit jaar. Studenten verstoorden eerst de viering met een toespraak waarin ze de universiteit opriepen om Israëlische instellingen die medeplichtig zijn aan genocide te boycotten. Daarna lieten docenten een spandoek op het podium zakken en hielden ze nog een toespraak om de boodschap kracht bij te zetten. Ondanks pogingen om hen met geweld te verwijderen en het zwijgen op te leggen, kreeg hun actie de overhand. Het was een moment van solidariteit dat velen samenbracht die daarvoor niet actief waren. Dankzij deze studenten en docenten begint er iets te veranderen aan de Universiteit Utrecht.

Dus wat ik jullie vraag, collega-academici, is om mee te doen met deze golf. De kracht is er, de verantwoordelijkheid ligt bij ons! We roepen jullie op tot actie! Doe mee met de studentenacties voor Palestina! Want als de studenten jullie nodig hebben, komen jullie uit je kantoren en ga je de straat op om hen te beschermen, om hen te helpen met teach-ins en stakingen. Volg wat USP en EFO doen. Sluit je aan bij Casual Utrecht in haar strijd tegen structurele overbelasting. Omdat de universiteit ons graag te druk houdt, schaadt dat ons en onze bewegingen. Maar laat dat geen excuus zijn om niet in actie te komen. Collectieven zoals de onze zijn er om bescherming te bieden tegen intimidatie en structurele onderdrukking.

En steun onze komende campagne tegen de repressieve maatregelen die ons parlement voorstelt. 0.7, Casual Academia, WO in Actie eisen:

1. Dat er geen identificatieplicht wordt ingevoerd op onze universiteit(en).
2. Dat beleid dat het recht van personeel en studenten op vreedzaam protest en academische vrijheid aantast geweigerd wordt.
3. Verzet tegen de politieke retoriek die in het parlement wordt gebruikt en die protesten tegen de vernietiging van Gaza gelijkstelt aan antisemitisme.
4. Verzet tegen disciplinaire maatregelen tegen studenten en personeel in verband met protesten en toespraken uit solidariteit met Palestina.

En aan alle anderen: arbeiders! Arbeidersbeweging! Linkse beweging! Palestina gaat ons aan. Het feit dat rechten worden ontnomen, gaat ons aan. Het feit dat extreem-rechts zich aan deze kwestie hecht, gaat ons wel degelijk aan. Onze beweging is gebouwd op vrijheid, gelijkheid en solidariteit. Daarom, roepen jullie mee? Free, free, Palestine!


Nijmegen

Ook het protest in Nijmegen was erg strijdbaar. Er deden eveneens ongeveer honderd mensen aan mee, die liepen van het station naar het Joris Ivensplein, en van daar naar Plein 44. Bij het station en tijdens de route waren er toespraken, over de woonstrijd, Congo en natuurlijk ook Palestina. Ook Doorbraak-activist Mathijs van de Sande hield een speech, die je hieronder kunt nalezen. Aan het einde nam iemand van actiegroep Jantien het woord en tijdens zijn speech was er een bannerdrop vanaf het dak van de voormalige bioscoop Carolus, die kort daarvoor gekraakt bleek te zijn.

Mathijs aan het woord

Mathijs:

Beste vrienden, beste kameraden,

Vandaag vieren we de eerste mei. Een bijzondere dag, voor iedereen die streeft naar een vrije, gelijke en rechtvaardige wereld. Maar wat ís 1 mei precies? Waar staat deze dag voor? En waarom is het ook nu, juist nu, belangrijk om deze dag te blijven vieren?

Mijn initiële antwoord op die vraag is zowel eenvoudig als complex: 1 mei is álles. 1 Mei belichaamt alles waar verenigd radicaal-links vandaag voor staat. 1 Mei brengt alles samen. Maar dat is, zoals gezegd, slechts een initieel antwoord.

Voor een meer uitvoerig antwoord moeten we eerst terug naar de ontstaansgeschiedenis van 1 mei, naar het jaar 1886. In de Verenigde Staten streden arbeidersbewegingen en vakbonden al decennialang voor een achturige werkdag. Dit was een voortdurend gevecht, en zowel door arbeiders als door fabriekseigenaren werd geen middel geschuwd om het te beslechten. De arbeidersbeweging boekte vanaf de jaren 1830 kleine overwinningen – met name op het gebied van wetgeving. Maar ook de kapitalisten verenigden zich en stelden alles in het werk om hervormingen van de werkdag tegen te houden. Tijdens een congres in 1884 riep de Federation of Organized Trades and Labor Unions 1 mei 1886 uit als de datum waarop de achturige werkdag voor eens en voor altijd en voor iedereen geformaliseerd moest worden. 1 mei 1886 was dus een deadline – de dag waarop alles beter zou worden, of de kapitalistische klasse het nu zou accepteren of niet.

Dus op die datum, zaterdag 1 mei 1886, werd er in Chicago en andere Amerikaanse industriesteden een algemene staking uitgeroepen om voor eens en voor altijd die felbegeerde achturige werkdag af te dwingen. Duizenden arbeiders gingen de straat op – velen van hen migranten uit Duitsland, Italië en Oost-Europa. De sfeer was strijdbaar en feestelijk. “Eight hour day, with no cut in pay,” zo luidde hun eis.

Deze algemene staking hield enkele dagen stand. Overal in Chicago vonden demonstraties en walk-outs plaats, en alles wees erop dat de arbeiders hun zin zouden gaan krijgen. Maar op 3 mei 1886 ging het mis. Bij een van de grootste fabrieken in de stad, van de industrieel McCormick, braken gevechten uit tussen stakende arbeiders en de politie. Minstens vier arbeiders werden die avond doodgeschoten. De volgende avond, op 4 mei, verzamelden socialistische en anarchistische arbeiders zich op de Haymarket om tegen het politiegeweld te demonstreren. Hoewel die demonstratie vreedzaam verliep, probeerde de politie deze laat op de avond met geweld op te breken. Er bestaan veel verschillende lezingen van wat er daarna precies gebeurde. Maar zeker is dat iemand een bom naar de politie gooide, en dat agenten in paniek reageerden door in het wilde weg rond te schieten. Zeven agenten en minstens vier arbeiders vonden die avond de dood.

Prachtig sociale revolutie-spandoek in Nijmegen

In de daarop volgende dagen werden acht prominente radicale journalisten en activisten gearresteerd vanwege vermeende betrokkenheid bij de aanslag – ook al was er geen enkele reden om aan te nemen dat ze er iets mee te maken hadden. Vijf van hen werden uiteindelijk, zonder overtuigend bewijs en door een bevooroordeelde jury, ter dood veroordeeld. Een van hen nam zijn eigen leven voordat de staat het kon doen, de andere vier werden op 11 november 1887 opgehangen. Hun namen waren George Engel, Adolph Fischer, Louis Lingg, Albert Parsons en August Spies.

Op het moment dat zijn leven van hem werd afgenomen, riep August Spies de volgende, laatste woorden: “Er komt een tijd dat onze stilte sterker zal klinken dan de stemmen die jullie vandaag het zwijgen opleggen.”

Spies zou gelijk krijgen. Want het zijn deze gebeurtenissen die sindsdien door arbeidersbewegingen over de hele wereld op 1 mei worden herdacht. 1 mei was traditioneel al de dag die het begin van de zomer markeerde. Het was ook de dag waarop arbeiders in de VS voor eens en voor altijd de achturige werkdag zouden afdwingen. En het werd de dag waarop we de martelaren van de Haymarket-tragedie en hun strijd voor rechtvaardigheid herdenken én vieren. 1 mei is, kortom, de dag van het nieuwe begin – de dag waarna alles anders moet zijn, elk jaar opnieuw.

In de loop van de afgelopen 140 jaar heeft deze eerste mei alleen maar aan betekenis gewonnen. 1 mei werd een dag van stakingen, demonstraties en verzet – tegen het kapitalisme en de uitbuiting van arbeiders, maar ook tegen het patriarchaat, tegen racisme en fascisme, tegen het kolonialisme en imperialisme. Van Nederland en Duitsland tot Turkije en van Zuid-Afrika tot Palestina: overal kwamen en komen mensen op deze dag in verzet tegen al datgene dat hen kapot maakt.

Maar de eerste mei is ook toegeëigend. Bijvoorbeeld door zelfverklaarde socialistische regimes, onder wiens bewind gewone mensen vaak in even onrechtvaardige en ongelijke omstandigheden leefden als in het kapitalistische westen. Of door vakbonden die vaak helemaal geen radicale verandering nastreven. Deze appropriatie van 1 mei heeft geleid tot een vertekend beeld van waar het ons op deze dag om te doen zou zijn. Zo is 1 mei geperverteerd tot een “dag vóór de arbeid”. Het is verworden tot een viering van de loonarbeid, een esthetisering van ons dagelijks werk, van onze baan als identiteit of als bron van trots.

Maar we mogen nooit vergeten dat de eerste mei is geworteld in een traditie van strijd tegen arbeid en strijd vóór arbeidsduurverkortingen en vóór échte bestaanszekerheid. Het doel van de radicale arbeidersbeweging was niet om arbeid te vieren of te erkennen, maar juist om de tijd en energie die wij dagelijks noodgedwongen aan arbeid besteden zoveel mogelijk te beperken.

Een ander probleem met dit gevestigde begrip van de eerste mei is dat het een heel beperkt begrip van “arbeid” impliceert. Er is in onze kapitalistische samenleving veel onzichtbaar werk, dat vaak buiten het zicht en de controle van onze zogenaamde “werkgevers” plaats vindt. Denk daarbij aan wat men “sociale reproductie” noemt – huishoudelijk werk, opvoeden van kinderen, mantelzorg, en de praktische of emotionele ondersteuning van mensen die loonarbeid verrichten. Maar denk ook aan platformwerk: de pizzabezorgers en taxichauffeurs zonder vast inkomen, die wordt verteld dat ze “onafhankelijke ondernemers” zijn, maar die vaak buiten het zicht onder elk bestaansminimum dreigen te raken. Dit zijn allemaal vormen van arbeid die niet binnen het masculiene en formalistische begrip vallen dat bijvoorbeeld vakbonden graag aan ons presenteren. Mensen die dergelijke “informele” vormen van arbeid verrichten, dreigen dus ondervertegenwoordigd te worden – ook, of zelfs juist op een dag als vandaag.

Nog één keer de bannerdrop.

Tot slot mogen we niet vergeten dat 1 mei haar oorsprong vindt in het herdenken van de slachtoffers van staatsrepressie – niet alleen de martelaren van de Haymarket-tragedie in Chicago, maar ook de talloze vakbondsmilitanten, klimaatactivisten, mensenrechtenactivisten, feministen en anti-racisten die de afgelopen eeuwen, tot op de dag van vandaag, te maken hebben met politiegeweld, gevangenschap, censuur, en repressie. Het steekt daarom des te meer dat de FNV uitgerekend vandaag de belangen van politieagenten centraal stelt in haar 1 mei-boodschap. De politie is niks anders dan een gewapende tak van het kapitalistische apparaat waar wij vandaag tegen protesteren. Historisch gezien is het altijd haar functie geweest om arbeidersstrijd en sociale bewegingen tégen te werken – niet om ze te helpen of te beschermen. De wereld die wij nastreven is er een zónder politie, militarisme en repressieve staatsorganen.

Kortom, dit is waarom ik eerder zei: voor ons betekent 1 mei álles. Niet alleen de strijd tegen arbeid en uitbuiting, maar ook tegen woningnood, precariteit en armoede; tegen repressie; tegen transfobie, seksisme, validisme en racisme; tegen kolonialisme en tegen de oorlog. We hoeven niet te kiezen, we hoeven op geen van deze thema’s concessies te doen. Vandaag vieren en herdenken we ze allemaal.

Finally, let me say a few words in English to our comrades here who do not speak Dutch. For Mayday is a day of transnational solidarity, and we have always needed each other today perhaps more than ever before. I just argued that to us, Mayday means everything. It stems from a long tradition of radical workers’ struggle, which was also always a struggle against state violence and repression. But in the course of the past 140 years it has come to mean so much more. We are here today in solidarity with the people in Gaza – who are facing war, hunger and deprivation beyond anything we can imagine. We stand with the brave students on university campuses across the US, many of whom have been arrested and beaten up by the police. We are in solidarity with refugees, who must risk everything in their pursuit of a dignified life. We support the Kurdish movement in Rojava, indigenous movements in the Americas and others who resist settler colonialism in different parts of the world. We support climate activists – for, at the end of the day, the fight for climate justice and anticapitalism are inevitably one and the same struggle. And, of course, we see how transphobia, racism, fascism and misogyny have become normalized in many parts of the world. We must continue to support those who seek to confront the extreme right in its many ugly forms and manifestations – in the Netherlands as well as abroad. Today, in the spirit of Mayday, we promise that we won’t compromise on any of these issues.


Tilburg

In Tilburg deden zo’n dertig mensen mee aan de 1 mei-demonstratie, onder het motto “Allemaal anders, allemaal voor ons allen”. De tocht begon bij het station, waar de eerste toespraken werden gehouden, over onder meer de betekenis van 1 mei, baanloosheid en de genocide in Palestina. We liepen daarna door drukke winkelstraten en langs volle terrassen. Onze spandoeken trokken veel bekijks en voorbijgangers hoorden voortdurend onze leuzen. “No borders, no nations, stop deportations” en “Toen niet, nu niet, nooit meer facisme”. Ook riepen we: “Beleggers eruit, bewoners erin”, “Wet of geen wet, kraken gaat door”. En: “Huizen voor mensen, niet voor winst”. Die laatste slogan was voor deze gelegenheid uitgebreid met een aantal varianten, zoals “Onderwijs voor mensen, niet voor winst” en “Gezondheidszorg voor mensen, niet voor winst”, om te eindigen met “Alles voor mensen, niet voor winst”. Te midden van het consumerende publiek spraken twee BPW-activisten over de wooncrisis en de strijd daartegen.

Toen we later langs een politiebureau liepen, vielen leuzen te horen als “No justice, no peace, no racist police” en “Ik kan niks, ik wil niks, geef mij een uniform”. Dat had tot gevolg dat er vanuit een pand in de buurt van het politiebureau twee of meer eieren naar ons werden gegooid. Maar de politie hield zich koest en de omstanders lieten onze 1 mei-strijdbaarheid gelaten over zich heen komen en ook reageerden sommigen juist enthousiast. Toen we weer bij het station waren aanbeland, werd daar nog wat vuurwerk met de kleuren rood en zwart afgestoken. We sloten af met nog wat speeches, onder meer over de strijd tegen klimaatverandering en tegen transfobie. ‘s Avonds hield historicus Dennis Bos een lezing met beeldmateriaal over de geschiedenis van 1 mei als internationale strijddag van arbeiders. De staat is voor niets zo bang als voor echte internationale solidariteit, zo stelde hij aan het eind van het praatje, iets wat hij onderstreepte met een foto van een groot spandoek waarop stond: “Geen mens is illegaal”. Ook waren er nog korte optredens met strijdliederen, waaronder een vertolking van het feministische “Heksenlied” waarmee vrouwen in de jaren tachtig de straat opeisten.

Hieronder de speeches die Thomas van XR Tilburg en Harry Westerink van Doorbraak hielden in Tilburg.

Thomas aan het woord

Thomas:

Ik ben Thomas, Ik ben actief bij meerdere klimaatrechtvaardigheidsbewegingen, waaronder Extinction Rebellion Den Bosch, en namens XR zal ik vertellen over de verbondenheid van de klimaatstrijd en vandaag, 1 mei, de Dag van de Arbeid.

Dat begint bij de kern van waarom we überhaupt opkomen tegen gevaarlijke klimaatverandering. En dat is niet omdat het klimaat op zichzelf daar zoveel problemen mee ervaart. Nee, dat is omdat er mensen onder lijden. Mensen uit het globale zuiden, die het minst bijdragen aan de mondiale uitstoot van broeikasgassen, of de toekomstige generaties, die überhaupt niks met deze crisis te maken hebben.

De klimaatstrijd is inherent een strijd tegen onrecht. Hij is ons opgelegd door overheden en multinationals, die al meer dan vijftig jaar ontzettend goed weten wat de gevolgen zijn van het uitbuiten van onze planeet. Maar dat maakte niet uit, want kortetermijnwinst was en is vandaag de dag nog steeds belangrijker dan mensenlevens.

Demonstratie

We zetten ons met Extinction Rebellion Nederland burgerlijk ongehoorzaam in, omdat we hier het privilege hebben om dat te kunnen doen. Ja, met vaak de nodige uren op het politiebureau en hier en daar een rechtszaak. Maar tegelijkertijd worden klimaatactivisten wereldwijd opgesloten en regelmatig vermoord, terwijl ze zich uitspreken tegen neo-koloniale regimes die hun grond exploiteren ten behoeve van de allerrijksten.

Te midden van al deze ongelijkheid kunnen we doen alsof klimaatverandering een op zichzelf staand probleem is, en er zijn genoeg mensen die dat doen, maar dat kan toch niet de reden zijn dat we in opstand komen? Om ons eigen witte hachje te redden? Sterker nog, het enkel over klimaatverandering hebben zonder haar diepste wortels aan te pakken, is het rechtstreeks in de kaart spelen van grote multinationals en andere machthebbenden.

Zo worden ze geholpen om het kapitalisme te greenwashen. Vervuilende auto’s kunnen niet meer? Dan bouwen we toch elektrische? Dat vervult het ideaal van de neo-liberaal, maar wie betaalt daarvoor de daadwerkelijke prijs? In mijn achtertuin wordt niet gegraven naar kobalt. Dat gebeurt in het globale zuiden, veelal door kinderhanden, in levensgevaarlijke en onmenselijke omstandigheden. En hoewel het rijke westen schonere steden creëert, wordt het grootste deel van de wereld zo nog steeds onderdrukt en uitgebuit. En dan hebben we de strijd dus alleen voor ons eigen privilege gevoerd.

Daarom kunnen we niet anders, dan ons uitspreken tegen alle andere onderdrukking. In Congo, Soedan, Xinjiang, Sapmi, Palestina, en zo kan ik de rest van de dag doorgaan. Omdat hun onderdrukking haar wortels deelt met die van de klimaatcrisis. De eindeloze vergaring van meer en meer macht. En als je onkruid wil verwijderen, dan trek je alle wortels mee.

Langs de volle terrassen.

Deze dag staat ook in het teken van internationale solidariteit. En daar werken ook wij als klimaatbeweging meer en meer aan. Want deze crisis kent geen grenzen. Komend weekend blokkeren we wegen in Brussel vlak voor het Europese Parlement. Samen met activisten uit vele andere Europese landen.

We voeren al maandenlang actie door heel Nederland tegen oliegigant Total. Uit solidariteit met activisten in Oeganda, die strijden tegen een nieuwe oliepijpleiding in hun land. We voeren actie in Den Bosch tegen de Van Lanschot bank, die het kappen van de laatste oerbossen in Canada financiert.

Onze beweging blijft maar groeien, en iedereen heeft nu de ethische plicht om in actie te komen. Daarmee is de tijd dat bedrijven en overheden ongezien kunnen exploiteren ten einde gekomen. Sluit je aan bij onze acties! We zijn overal in Nederland actief. Ook hier in Tilburg.

Dank jullie wel.

Harry aan het woord

Harry:

Ik heb al lange tijd een bijstandsuitkering. Ik ben baanloos, maar niet werkloos. Ik ben activist, en ik werk onbetaald, dag in dag uit, onder meer om het zo verschrikkelijk dominante arbeidsethos in dit land aan te vallen. En ik kan je wel zeggen: dat is hard werken, hoor, als je gaat proberen om het arbeidsethos te ontmantelen in deze samenleving, waar arbeidsproductiviteit wordt aanbeden als een heuse heiligheid.

Voor mij is de dag van de arbeid ook en vooral de dag van de onbetaalde arbeid. Denk bijvoorbeeld aan mantelzorg, ziekenzorg, kinderzorg, ouderenzorg, huishoudelijk werk, schoonmaakwerk, buurthulp, politiek actiewerk, werk in culturele, sociale en sportsectoren, en in het algemeen al die arbeid waar om de een of andere reden geen loon tegenover staat. Voor mij is de dag van de arbeid ook de dag van de onderbetaalde arbeid, arbeid van flexwerkers en in het algemeen in feite alle loonarbeid. Want alle arbeiders krijgen altijd te weinig geld voor hun werk. Dat zit ingebakken in het systeem dat kapitalisme heet.

Doorbraak-spandoek

Daarom is het ook beter om op deze dag niet de loonarbeid te verheerlijken, maar de wereldwijde strijd van arbeiders te vieren. Dit is dus de dag van de arbeiders, betaald en onbetaald. Wereldwijd wordt verreweg het meeste van al die onbetaalde en onderbetaalde arbeid verricht door vrouwen. En laten we ook niet vergeten dat zo’n 14 miljoen arbeiders buiten Nederland aan het werk zijn voor onze economie. Nou ja, onze economie… ik bedoel: de economie van de bazen en de bovenbazen.

Miljoenen mensen in de neo-liberale roofstaat aan de Noordzee hebben te weinig inkomen om goed van rond te kunnen komen. Dat zijn mensen in de bijstand, mensen met een ander soort uitkering, flexwerkers, studenten met een ‘bijbaan’, mensen in de schuldhulpverlening, arbeidsmigranten, vluchtelingen in azc’s, mensen zonder papieren, en ga maar door. Steeds meer mensen hebben niet eens meer een inkomen op het niveau van het toch al veel te lage minimumloon, maar zitten daar zelfs structureel onder.

Ei dat werd gegooid.

Waarom is dat? Dat komt door bewuste keuzes van neo-liberale machthebbers. De rijken worden rijker en de armen worden armer. Dat ondervinden we allemaal aan den lijve. Mark Rutte en zijn vrienden hebben jarenlang geld afgepakt van de armen en de rijken stelselmatig bevoordeeld. Dat is simpelweg asociaal. En de komende extreem-rechtse regering dreigt dat beleid snoeihard voort te zetten.

Mensen in de bijstand krijgen steeds meer te maken met controle, disciplinering, stigmatisering en arbeidsdwang. En dat moet stoppen. Rechtse en extreem-rechtse klojo’s proberen ons bang te maken en roepen: “Wie niet werkt, die zal niet eten!” Maar ik zeg: wie niet betaald werkt, die zal óók eten. Wie niet betaald werkt, die moet ook kunnen leven. Er is genoeg geld en welvaart. Het is alleen volkomen scheef en onrechtvaardig verdeeld. En dat is het probleem.

Baanlozen als ik, mensen in de bijstand, wij zijn het zat om financieel te worden uitgekleed, om gekort te worden op onze uitkering, om onbetaalde dwangarbeid te verrichten. Arbeid dus waartoe je wordt gedwongen omdat je anders je uitkering niet kunt houden. Die dwangarbeid gaan we vandaag natuurlijk niet vieren. Die dwangarbeid moet stoppen, dat moet verdwijnen. Ook baanlozen hebben recht op respect. Wij eisen het recht op om ons eigen leven te kunnen bepalen.

Zwarte en rode rook.

Wie in de bijstand zit, die is arm. Die is arm gemaakt. Maar ik moet er wel bij zeggen: wereldwijd ziet armoede er nog een stuk ellendiger uit dan de armoede in Nederland. Hoe dan ook, uitkeringsgerechtigden, flexwerkers, AOW-ers, zieken, steeds meer mensen houden aan het eind van hun inkomen een stuk maand over. En dat stuk maand wordt maar groter en groter. Steeds meer mensen worden geconfronteerd met schulden. Daarom is een verhoging van het minimumloon broodnodig.

Ik, en zoveel andere betaalde en onbetaalde arbeiders met mij, wij willen niet meedoen aan de ratrace die eist dat we steeds productiever moeten worden. We hebben geen zin in het systeem van trappen naar onderen en likken naar boven. Wij weigeren om mee te doen met de racistische en seksistische verdeel- en heerspolitiek. Dat hele dehumaniserende systeem moet gewoon oprotten. Dat is onze strijd, dat is onze taak, dat is onze verantwoordelijkheid.

Een van de dia’s van Dennis Bos

Tweederde van de taart van Nederland, tweederde van die taart van rijkdom en welvaart, die wordt opgevreten door de rijkste tien procent van de bevolking. Opgevreten. En die rijksten, die proppen zich maar vol met al die taart. Voor mensen met een minimuminkomen blijven er alleen maar wat kruimels van die taart over, als die er al over blijven. Wij willen in elk geval een fatsoenlijk groot stuk van die taart.

Wij willen in elk geval een forse verhoging van het minimumloon, bijvoorbeeld naar 16 euro of waarom niet meteen naar 20 euro. Zo’n verhoging komt niet alleen ten goede aan mensen met betaald werk, maar ook aan uitkeringsgerechtigden en AOW-ers. Als de koppeling tussen lonen en uitkeringen tenminste blijft gehandhaafd. En we willen meer. Meer dan dat fatsoenlijke stuk van die taart. Want we willen niet alleen meer taart, maar we willen ook de bakkerij in handen krijgen waar die taart wordt gemaakt. Wij willen die in gemeenschapshanden krijgen, die bakkerij. Dus we gaan niet wachten totdat we eindelijk een groter stuk taart gaan krijgen. Nee, we gaan ervoor strijden dat de bakkerij in gemeenschapshanden gaat komen. Dat is de bedoeling, en dat is ook de betekenis van de dag van de arbeiders.

Verslag door Eric Krebbers

Peter Storm (en anderen) vertolkten revolutionaire songs.