De Fabel van de illegaal 52/53, zomer 2002
Auteur: Eric Krebbers
De redacteuren van de opiniepagina's van de landelijke kranten besteden veel aandacht aan de achtergronden van de aanslagen van 11 september 2001. "De lezer merkt het niet, maar hun interpretatie van de gebeurtenissen drukt een duidelijk stempel op de meningsvorming in Nederland", zo wordt wel gesteld.(1) Trouw-opiniechef Jaffe Vink heeft zijn wekelijkse 3 pagina's in de rubriek "Letter & Geest" inmiddels omgebouwd tot hangplek voor uiterst conservatieve opiniemakers, nieuw-rechtse filosofen en andere politieke vandalen die graag aantrappen tegen "de islamitische cultuur". Nieuw-rechts heeft het steevast over "cultuur" waar men eigenlijk "ras" bedoelt.
Vink begon zijn rechtse kruistocht al ver voor 11 september. In 2000 promootte hij als eerste de conservatieve Burkestichting (2) door integraal een deel van hun website af te drukken en hen vervolgens week na week in het zonnetje te zetten. Sindsdien kan iedere conservatieve scheet, ieder bijeenkomstje van de mannenbroeders, op minstens een pagina Trouw rekenen. Andere steeds terugkerende auteurs zijn de nieuw-rechtse opiniemaker S.W. Couwenberg, de VVD-ideoloog Paul Cliteur en de Britse miljonair Roger Scruton, uitgever van het nieuw-rechtse Salisbury Review waarin ook Vlaams Blokkers schrijven. Samen met onder meer James Goldsmith richtte Scruton de Conservative Action Group op, die destijds een smerige oorlog voerde tegen Labour om Thatcher aan de macht te helpen.
Pandemonium
In 2001 verwierf Vink zich enige bekendheid met zijn boekje "Een brief aan mijn dochter. Een tocht door het pandemonium van seks en geweld". Dat is vooral een slaapverwekkende opsomming van criminele incidenten uit kranten en uit eigen ervaring, en waarbij steeds Marokkanen en Antillianen de hoofdrol spelen. Die zouden volgens Vink "steken bij de minste of geringste aanleiding". Wetenschappelijk onderzoek zou ook aangetoond hebben dat allochtonen veel crimineler zijn. Volgens Vink zou dat komen door hun van huis uit "wantrouwige en gewelddadige cultuur". Er zou volgens hem zelfs een "moleculaire burgeroorlog" gaande zijn van allochtonen tegen autochtonen. Een "burgeroorlog" die "we" dreigen te verliezen door "onze weekhartigheid" en "onze" weigering om te praten over het verband tussen criminaliteit en migratie. "Een walm van naastenliefde en solidariteit heeft decennialang over ons land gelegen en heeft ons het zicht op de realiteit benomen. En zie, daar komen de christenen weer aan met hun soeppannetjes en daar komen de socialistische theemutsen weer aan met hun multiculturele rimram. Multicultureel! - En nu wil ik het woord nooit meer horen."
"Wij verschillen fundamenteel van allochtonen", meent Vink.(3) "Wij hebben een rijke traditie, wij hebben een ongekende vrijheid en welvaart gerealiseerd, wij vliegen door de kosmos en planten een vlag op de maan, maar er is onderweg iets misgegaan, onze cultuur is - als ik het in het taaltje van het pandemonium van seks en geweld mag zeggen - ongesteld en impotent geworden", klaagt Vink. "Het is geen wonder dat de allochtonen soms geen eerbied voor ons hebben - wij zien het niet; dat ze maling aan ons hebben - wij zien het niet; dat ze ons haten - wij zien het niet. We zijn blind van barmhartigheid." "We" zouden ons harder moeten opstellen tegen die "minderwaardige cultuur" van de migranten, en niet meer moeten "schromen om die westerse cultuur hoog te houden als de beste die er is". Verdun, Auschwitz, Hiroshima en Bhopal spelen in zijn denkwereld geen enkele rol.
Niet alleen op "moleculair" niveau, maar ook op wereldschaal zouden "we" bedreigd worden door het islamitische geweld. "We" zouden dat "kwaad alleen kunnen bestrijden als we bereid zijn om doortastend, meedogenloos en zonder consensus op te treden".(1) De conflicten zouden zich volgens Vink niet, zoals links denkt, afspelen "tussen de sociale klassen, tussen rijk en arm of tussen andere economisch gedefinieerde groepen, maar tussen volkeren die tot verschillende culturen behoren". Daarmee is hij tegen het einde van zijn boekje bij de nieuw-rechtse ideologie beland. Vanuit die hoek probeert men al decennialang de nazistische rassenleer, die sinds de Tweede Wereldoorlog gelukkig uit de mainstream verbannen is, weer salonfähig te maken door het over "culturen" te hebben in plaats van over biologische "rassen". Niet langer staat voor nieuw-rechts "de rassenoorlog" centraal, maar "de oorlog tussen culturen". Dat het slechts om een verandering in terminologie gaat en niet om een wezenlijke verschuiving, blijkt al uit het feit dat nieuw-rechts "culturen" meestal als vrijwel onveranderlijk ziet. Ook Vink benadrukt voortdurend de "traagheid en hardnekkigheid van een cultuur". Soms maakt hij zelfs even een uitstapje naar het traditionele extreem-rechts, zoals bijvoorbeeld wanneer hij een politiecommissaris aanhaalt die het over "hun volksaard" heeft: "Het geweld zit in hun genen. Het gemak waarmee jij je pen vasthoudt, daarmee schieten zij hun uzi-pistool leeg". Volgens Vink zijn we "blind voor de ongenadige verschillen tussen culturen" en "de mislukking van de islamitische cultuur".(1)
Geestelijke wegbereider
Sinds 11 september schotelt Vink de Trouw-lezers steevast iedere zaterdag 3 pagina's artikelen voor van allerlei auteurs die pogen aan te tonen dat er een oorlog gaande is tussen de culturen en dat de islam inferieur is. Een aantal voorbeelden. Een auteur meende aan te tonen dat het christendom vaak naar pacifisme neigt, maar dat de islam van oudsher een roversgodsdienst zou zijn.(4) Een andere dat de misdaad onder allochtonen alleen via superstreng straffen kan worden tegengegaan.(5) Weer een andere auteur schreef dat allochtonen hun cultuur zouden moeten vergeten, net zoals vluchtelingen uit Oost-Europa dat destijds gedaan zouden hebben.(6) Iemand anders beweerde dat er een "moreel westers overwicht" zou zijn ontstaan door een grotere geletterdheid.(7) Ook meende een schrijver dat islamitische terroristen geen mensenrechten meer hebben.(8) Het gaat inmiddels om tientallen van dit soort artikelen. Daarin staat de islam steeds voor alle kwaad van heden en verleden, en worden het westen, "de moderniteit", het liberalisme, het kapitalisme, en ja, zelfs het kolonialisme, bewierookt als het goede.
Op 13 oktober 2001 plaatste Vink een samenvatting van Paul Frentrops artikel "Er is iets mis met de islam". Dat verscheen eerder in HP/De Tijd en was een inspiratiebron voor extreem-rechts gebleken.(9) Volgens Frentrop waren de aanslagen van 11 september gericht op "symbolen van onze westerse beschaving" en zijn we nu "verwikkeld in een oorlog om onze normen en waarden". Voor hem zijn alle islamieten uiteindelijk hetzelfde. De meesten zouden sowieso fundamentalistisch zijn en de rest zou de aanslagen ook hebben toegejuicht. "De islam" zou dus weinig respect hebben voor mensenlevens, net als het nazisme, en zou daarom ook verboden en zelfs volledig van de kaart geveegd moeten worden. "Dat vergt dus het invoeren van democratische regimes in het hele gebied tussen Marokko en Iran. Dat is een formidabele, maar geen onmogelijke, vooral politieke, en tevens militaire opdracht voor het komende decennium", aldus Frentrop. Vink plaatste er direct 5 juichende reacties bij. Ongehinderd door enige feitenkennis werd daarin vooral beweerd dat "de islam" ontvankelijker zou zijn voor fundamentalisme dan het christendom.(10)
De week daarop mocht Scruton doodleuk komen beweren dat het westen "seculiere regeringsopvattingen van het christendom" geërfd heeft, terwijl de islamitische wereld waarschijnlijk altijd wel zal blijven bestaan uit "feodale privé-rijken, geleid door individuen, families, clans of sekten". Hij ontkende zo de dominantie van de kerk in de westerse geschiedenis, en plaatste terloops de islamitische wereld even buiten de geschiedenis, en daarmee eigenlijk buiten de mensheid.(11) De nieuw-rechtse filosoof haalde daarbij een van de geestelijk wegbereiders van het nazisme aan: Oswald Spengler. In zijn boek "Der Untergang des Abendlandes" schreef Spengler namelijk ook al over die vermeende fundamentele tegenstelling tussen het westen en niet-westerse culturen. Het avondland gaat ten onder, voorspelde hij. Alleen via een sterke man en discipline zouden de imperialistische oorlogen met andere culturen nog gewonnen kunnen worden.
Vink vulde zijn pagina's de week daarna met een hoofdstuk uit het boek "Botsende beschavingen. Cultuur en conflict in de 21ste eeuw" uit 1996 van de uiterst conservatieve Amerikaan Samuel Huntington. Die bevestigt namelijk zijn obsessie dat er zich een gigantische wereldomvattende strijd afspeelt tussen beschavingen, tussen "de verschillende levensvisies" van vooral het christendom en de islam. "Deze verschillen zijn het product van eeuwen. Ze zullen niet snel verdwijnen. Ze zijn veel fundamenteler dan de verschillen tussen politieke ideologieën", aldus Huntington. De islam zou bloedige grenzen hebben, en dat zou komen door de "islamitische neiging om conflicten met geweld op te lossen". Huntington: "Het probleem voor het westen is niet het islamitische fundamentalisme, het is de islam, een andere beschaving wier volkeren overtuigd zijn van de superioriteit van hun cultuur en die geobsedeerd zijn door de inferioriteit van hun macht." Om de islamitische dreiging het hoofd te bieden zouden "we" het "moreel verval" van de westerse beschaving tegen moeten gaan en in actie moeten komen tegen drugsgebruik, echtscheiding, onwettige kinderen, eenoudergezinnen en de vermindering van de invloeden van christendom en arbeidsethos.
Napoleon
Nog bonter mocht "de wonderboy van de Nederlandse filosofie" Luuk van Middelaar het komen maken. Op 1 december kreeg hij maar liefst 3 krantenpagina's voor zijn artikel "Et voilà: de moderniteit", één grote lofzang op de "westerse" zegeningen van "de moderniteit", het liberalisme en het kapitalisme. Tegen alle feiten in beweert Van Middelaar dat we zitten in "een mondiaal historisch proces waarin iedereen rijker kan worden en voor een groot deel ook aan het worden is". Mensen als Bin Laden zouden dat proces willen saboteren, en de westerse waarden willen bestrijden. Maar "wij" willen die volgens Van Middelaar juist "verdedigen. En daar hoeft het niet bij te blijven: echte progressieven vinden dat de rest van de wereld er ook recht op heeft."
"De White Man's Burden, de heroïsche beschavingstaak die Rudyard Kipling in zijn trotse gedicht uit 1899 voor het blanke ras zag weggelegd, heeft zich tegen ons gekeerd en is geworden tot een werkelijke last, een deprimerend schuldgevoel over kolonisatie, slavernij en economische uitbuiting van de Derde Wereld. Dat verhindert ons te begrijpen dat, heus!, de kolonisatie voor de gekoloniseerden ook iets goeds betekende. Ze bracht scholen, ziekenhuizen, wetenschap, vrouwenemancipatie, ze bracht de moderne rede en de moderne vrijheid binnen het bereik van individuen die daarvoor niet eens individu konden zijn. Zeker, er waren koloniale wandaden - verkrachtingen, martelingen, institutioneel racisme - en niettemin: wat een prachtig oeuvre!", roept Van Middelaar verrukt uit. Hij meent dat "de moderne mens een wereldhistorische missie heeft" om "de moderniteit" en het kapitalisme desnoods met grof geweld op te leggen aan de rest van de wereld. Het westen heeft daarom een nieuwe, nog gewelddadigere Napoleon nodig. Want "wat we Napoleon kwalijk kunnen nemen, is niet dat hij geweld gebruikte, maar dat hij niet ver genoeg is gegaan." In een poging zijn oorlogsdenken te onderbouwen doet Van Middelaar een uitgebreid beroep op de Duitse nazi-filosoof en overtuigde antisemiet Carl Schmitt.(12) Hoewel een felle tegenstander van het liberalisme, vond Schmitt dat ideologieën er uiteindelijk niet toe doen. Het zou er uitsluitend om gaan de vijand te vernietigen via een pure nietsontziende machtsstrijd. Een beschaving zou zichzelf pas leren kennen via zo'n oorlog. Bijna een eeuw later verwoordde Huntington overigens hetzelfde idee: de westerse beschaving zou alleen tot zichzelf kunnen komen via strijd tegen de islam.
Emmer
Twee weken later viel de Leidse hoogleraar en "slavernij-deskundige" P.C. Emmer "wonderboy" Van Middelaar bij. Maar, zo waarschuwde Emmer, niet-westerse beschavingen zijn hardnekkig. Het kolonialisme was daarom onvoldoende geweest om de westerse beschaving te kunnen opleggen. Toch mochten koloniale besturen van hem "trots" zijn vanwege "het afschaffen van de slavenhandel en slavernij, het verbeteren van de landbouw, het bestrijden van hongersnoden, het uitroeien van besmettelijke ziekten, het verbieden van de weduwenverbranding, het aanleggen van wegen en spoorwegen, en het handhaven van de openbare orde en veiligheid".
Maar "het meeste werk moest na de dekolonisatie nog gedaan worden. Democratie, verdraagzaamheid en eerbied voor het menselijk leven stonden bij de kolonisatoren wel op het lijstje", meende Emmer, maar invoering daarvan "zou het einde van het koloniale systeem hebben betekend. Die invoering wachtte op de dekolonisatie en dat laatste werd door de VS en een aantal Europese politici na 1945 dan ook met kracht bevorderd". Helaas moesten "we" toen "tandenknarsend handen schudden met dictators als Soekarno, Bokassa en Idi Amin" om de Russen buiten de deur te houden. "We konden ons niet langer veroorloven zuiver in de leer te zijn en dat heeft de aantrekkingskracht van het Westerse Model geen goed gedaan". Maar gelukkig, "na 1989 konden we het Westerse Model weer in de etalage zetten zonder compromissen te sluiten. De optimisten onder ons geloofden dat het werk van het kolonialisme eindelijk kon worden afgemaakt." Maar, zo vreest Emmer, "hoe eerlijk en consequent we ons Westerse Model ook toepassen, verzet zal er altijd blijven".(13)
Dat Emmer geen enkele kritiek uitte op het kolonialisme, was voor Vink kennelijk geen probleem. En zo plaatst hij ook regelmatig stukken die moeten aantonen dat "ons" kapitalisme het beste systeem is. Aan het woord in "Letter & Geest" kwamen bijvoorbeeld de libertariër (14) Robert Nozick,(15) de Burkestichting - "Vier hoeraatjes voor de vrije markt" -(16), en een aanhanger van het thatcheriaanse kapitalisme.(17)
Gelijke munt
Ook de recente verhevigingen van het conflict tussen Israël en de Palestijnen probeert Vink in te passen in zijn apocalyptische wereldbeeld van botsende beschavingen. Hij gaf VVD-er Leon de Winter een aantal keer uitgebreid de ruimte om zijn anti-islamitische sentimenten te verspreiden.(18) Zoals andere publicisten volkomen onterecht proberen het patriarchaat tot een voornamelijk islamitisch probleem te maken, probeert De Winter dat met het antisemitisme. Zo wordt in "Letter & Geest" iedere week de politieke troep over de schutting in de tuin van de islam gedumpt. Maar we leven in een kleine wereld en verreweg de meeste maatschappelijke problemen komen wereldwijd voor. En ook de politieke en culturele erfenis van de mensheid is tot stand gekomen uit een samengaan van verworvenheden vanuit alle mogelijke landen en culturen. Het moet eens afgelopen zijn met die arrogante pogingen van oorlogszuchtige opiniemakers als Vink om zich die verworvenheden toe te eigenen als puur westers.
Noten