De Fabel van de illegaal 76, mei/juni 2006

Auteur: Harry Westerink


SGP probeert zieltjes te winnen met aanval op islam

De rechter heeft in 2005 geoordeeld dat de SGP (1) vrouwen discrimineert. Toch beschuldigt de partij in de recente brochure "De islam in huis" juist moslims van onderdrukking van vrouwen, homo's en lesbo's, en anders- en ongelovigen. Om de aandacht van de eigen conservatieve standpunten af te leiden haken de christenfundamentalisten aan bij de heersende anti-islamstemming.


De brochure
De SGP heeft er genoeg van om voortdurend op één hoop gegooid te worden met andere religieuze fundamentalisten. Dat zou onterecht zijn. In tegenstelling tot moslimfundamentalisten zouden "orthodoxe christenen" namelijk de scheiding van kerk en staat wel erkennen, vrouwen meer respecteren, zelfs homo's en lesbo's als hun "naasten" liefhebben en zeker geen geweld toepassen om hun doel te bereiken. De partij neemt daarbij een irritante superieure houding in. "De islam is in feite een bedenksel van mensen dat het stempel van zijn ontstaanstijd draagt. Dat is wezenlijk verschillend met het christelijk geloof: er is geen tijd en er zal nooit een tijd komen, waarin het christelijk geloof niet past", aldus de brochure. Wel moet men "tolerantie betrachten" naar de islam, meent men zelfgenoegzaam en schijnheilig. "Die tolerantie is ingegeven door Gods geduld met mensen. Hij verdraagt voor een tijd mensen die Hem niet dienen. Hij geeft ze de verantwoordelijkheid om een persoonlijke keus te maken. Om die reden moeten wij ook andersdenkenden verdragen en de ruimte geven om keuzes te maken, terwijl we tegelijk hen proberen van de waarheid en de waarde van Gods geboden te overtuigen." Maar in werkelijkheid streeft de SGP ernaar om de islam maatschappelijk zoveel mogelijk te isoleren en in een hoek te drijven.

Afgodsdiensten

Het superioriteitsgevoel van de SGP hangt samen met haar religieus-nationalistische visie op de geschiedenis van Nederland, dat zou zijn ontstaan "vanwege het verlangen van het Nederlandse volk om God volgens de bijbel te kunnen dienen. Het protestantisme heeft een duidelijk stempel op de Nederlandse natie gezet en onze cultuur beïnvloed. De SGP ziet dat als een bijzondere zegen van God voor ons land. Uit dankbaarheid daarvoor willen we zuinig zijn op onze christelijke geschiedenis." De partij vindt daarom dat de overheid "kleur moet bekennen", christelijk moet worden en de islam niet "eenzelfde bescherming" moet geven als het christendom. Het zou de taak van de overheid zijn "om de voortgang van het evangelie te bevorderen en tegelijk afgodsdiensten tegen te gaan". De SGP wil "de afgodsdienst" islam zoveel mogelijk uit het publieke leven verbannen en hoogstens als tweederangs religie in de privé-sfeer toestaan, een standpunt dat overigens ook de ChristenUnie huldigt.(2)

De partij vat ook "het seculiere liberalisme" op als "een afgodsdienst", en wel "van de autonome mens die zelf bepaalt wat goed is". Men wijst zelfbeschikking principieel af, want "de beslissende normen voor goed en kwaad, voor recht en onrecht, zijn door God gegeven tot welzijn van de samenleving". Deze "theonomie, de heerschappij van de wet van God", zou tegenover "autonomie" staan, "het zichzelf tot wet zijn". De secularisatie zou volgens de SGP zijn uitgemond in een "agressieve" gelijkheidsideologie, met de voor christenfundamentalisten verwerpelijke "geloofsbelijdenis" dat man en vrouw, en homo en hetero, gelijk zijn en gelijke rechten hebben. De godsdienstvrijheid zou door dat gelijkheidsbeginsel ernstig zijn aangetast. De partij snapt dat ook andere religieuze fundamentalisten baat hebben bij een zo groot mogelijke geloofsvrijheid. Toch schrikt de SGP terug van "een duurzaam bondgenootschap" met moslims om gezamenlijk voor die vrijheid op te komen. Men wil namelijk ook de deur open houden voor "gelegenheidscoalities" met de liberalen tegen "de radicale islam". "Het is weinig zinvol om te zeggen: onze prioriteit ligt bij het liberale front, dan wel bij het islamitische front. Op beide fronten moet er een geestelijke strijd geleverd worden, waarbij de coalities wisselend zullen zijn."

Volgens de partij kan kritiek op de islam "nooit zonder ook kritiek te hebben op de liberale westerse samenleving". Ook het liberalisme zou een "gewelddadige ideologie" hebben, wat zou blijken uit de abortuswetgeving die zou hebben geleid tot "tienduizenden doden". Tegenover dat veronderstelde islamitische en liberale geweld plaatst de SGP een uit de duim gezogen vreedzaam christendom, dat met iedereen het beste voor zou hebben en alleen een "geestelijke strijd" zou voeren. Daarmee gaat de partij volkomen voorbij aan 2000 jaar christelijke minachting en onderdrukking van vrouwen, homo's en lesbo's, en anders- en ongelovigen, een traditie die de SGP ook in de brochure zonder blikken of blozen voortzet. "De man is het hoofd van de vrouw. Die orde heeft God in de schepping gelegd. Dat hoofdschap betekent dat de man in het huwelijk en het gezin de eerst- en eindverantwoordelijke is. Het betekent ook dat de vrouw in de kerk geen ambten vervult, maar alleen de man. In de sfeer van het openbaar bestuur betekent het dat aan de man politieke ambten toekomen." Daarom onthoudt de SGP vrouwen passief kiesrecht en mogen ze zich niet namens de partij verkiesbaar stellen. Dat seksisme strafte de rechter recentelijk af door te beslissen dat de overheid de SGP voortaan geen subsidie meer mag geven.

Gastarbeiders

Immigranten zorgen sinds eind jaren 60 voor een gestage groei van de islam. De SGP had hen liever niet toegelaten. "De keuzes uit het verleden, om permanent verblijf te bieden aan gastarbeiders met een godsdienstig-culturele achtergrond die niet aansluit bij de Nederlandse identiteit, hebben ons nooit kunnen bekoren, maar zijn nu wel een voldongen feit." Daarom steunt men "consequent" het "strakker" worden van het migranten- en vluchtelingenbeleid. "De onbeheersbare toestroom van asielzoekers en gezinsmigranten maakten een krachtige beleidswijziging noodzakelijk. De waarneming dat het ruime immigratiebeleid en het dromen over een multiculturele samenleving hand in hand gingen, heeft onze houding mede bepaald. Een grote culturele afstand tot de Nederlandse samenleving is immers vragen om problemen. De vraag is echter of we een koppeling kunnen leggen tussen religie en immigratiebeleid. De mogelijkheden hiervoor zijn beperkt." Helaas, want liefst zou de SGP alleen nog christelijke migranten willen toelaten.

De partij ligt onder vuur,(3) maar weet met deze aanval op de islam haar populariteit helaas weer wat op te krikken. "Geen enkele partij heeft zo'n degelijke studie over de islam. Klasse!", stelt bijvoorbeeld de rechtse arabist Hans Jansen. Hij zegt maar één punt van kritiek te hebben. De SGP zou meegaan "in de gedachte dat we een eind opschieten als we de gematigde moslims meer macht geven. Die stelling is werkelijk op niets gebaseerd. Gematigden hebben geen enkele invloed op radicale moslims en zullen dat ook niet krijgen. Zelf weten ze dat en dat bewijst hun geraffineerdheid. Het is zeer de vraag hoe gematigd zij in hun hart werkelijk zijn."(4) Dat soort verdachtmakingen sluit naadloos aan bij de "geestelijke strijd" van de SGP, die in de kern bestaat uit schoppen tegen de islam en ophemelen van het christendom. Maar alle wereldreligies zijn in essentie patriarchaal en conservatief. De christelijke pot verwijt dus de islamitische ketel dat hij zwart ziet.

Noten

Terug